Dit document is ook beschikbaar in dit niet-normatieve formaat: pdf
Dit document valt onder de volgende licentie:
Creative Commons Attribution 4.0 International Public License
De overheid wil voor burgers en bedrijven zo transparant mogelijk zijn in de omgang met hun gegevens. Daarom is het bij de informatieverwerking in datasets belangrijk om voor elke mutatie of raadpleging vast te leggen wie deze actie wanneer uitvoert, en waarom. Deze herleidbaarheid speelt zowel een rol in het kader van de wetgeving op het gebied van privacy als ook het streven naar openheid en transparantie bij de overheid. Voor een optimale samenwerking over organisaties en bronnen heen is voor deze logging een algemene standaard nodig.
Het project Logboek Dataverwerkingen (voorheen: Verwerkingenlogging) maakt deel uit van het actieplan Data bij de Bron en onderzoekt met Digilab in samenwerking met diverse overheidspartijen (ministeries, uitvoeringsorganisaties en gemeentes) of we op basis van de tot nu toe opgedane inzichten een overheidsbrede standaard kunnen vaststellen. Na het succesvol beproeven van de standaard wordt deze voorgesteld voor opname in de ‘Pas toe of leg uit’-lijst van het Forum voor Standaardisatie.
bron: https://digilab.overheid.nl/projecten/logboek-dataverwerkingen/
De Logboek Dataverwerkingen (LDV) standaard bestaat uit de volgende vier documenten:
Beschrijving van het document | Gepubliceerde versie | Werk versie | Repository |
---|---|---|---|
1. De LDV Normatieve Standaard | - | Logboek dataverwerkingen (werkversie) | logboek-dataverwerkingen |
2. De Algemene Inleiding | - | De Algemene Inleiding (werkversie) | logboek-dataverwerkingen_Inleiding |
3. het Juridische Beleidskader | - | Juridisch Beleidskader (werkversie) | logboek-dataverwerkingen_Juridisch-beleidskader |
4. LDV Extensie voor objecten | - | Onderzoek logboek dataverwerkingen voor (geo) objecten | logboek-dataverwerkingen-voor-objecten |
Dit is een werkversie die op elk moment kan worden gewijzigd, verwijderd of vervangen door andere documenten. Het is geen door het TO goedgekeurde consultatieversie.
Naast onderdelen die als niet normatief gemarkeerd zijn, zijn ook alle diagrammen, voorbeelden, en noten in dit document niet normatief. Verder is alles in dit document normatief.
Het trefwoord MOET in dit document moet worden geïnterpreteerd als in BCP 14 [RFC2119] [RFC8174] als, en alleen als deze in hoofdletters zijn weergegeven, zoals hier getoond.
Het idee is dat het Logboek Dataverwerkingen een basis biedt om te zorgen dat de overheid precies de data logt die zij nodig heeft om verantwoording af te leggen over haar taken. Niet meer, maar ook niet minder. En om te zorgen dat organisaties data zodanig loggen dat zij zich niet alleen over een eigen handelen kunnen verantwoorden, maar ook over hun gezamenlijk handelen als “de overheid”.
Informatiehuishouding van de overheid moet op orde worden gebracht. De overheid werkt ten dienste van burgers en bedrijven. De overheid verwerkt daarvoor informatie van deze burgers en bedrijven. Het is belangrijk dat de informatiehuishouding van de overheid op orde is, zodat de overheid transparant en aanspreekbaar is, en zich daarover goed kan verantwoorden.
Dat werkt als een soort vliegwiel, omdat daardoor ook de kwaliteit van de informatie beter wordt. De overheid kan daarmee betere dienstverlening bieden en ook zorgen dat de burger minder met fouten wordt geconfronteerd, of dat overheden fouten beter en sneller kunnen herstellen als deze zich onverhoopt voordoen.
Eenduidige en integrale verantwoording over dataverwerkingen door de overheid. Belangrijk is dat overheidsorganisaties op een eenduidige manier met informatie omgaan en op een eenduidige manier informatie met elkaar uitwisselen.
Voorafgaand aan informatie-uitwisseling is het belangrijk dat transparant is waarom dat gebeurt en, achteraf moet de overheid verantwoording kunnen afleggen over de data en de wijze waarop de data is verwerkt. Zo kunnen eventuele fouten of onregelmatigheden worden hersteld en kunnen burgers hun rechten op grond van de AVG geldend maken (oa. inzage en correctie). Het gaat daarbij niet alleen om overheidsorganisaties afzonderlijk, maar het gaat er ook – juist - om dat “dé overheid” zich als geheel ten opzichte van de burger kan verantwoorden.
Een belangrijk instrument om verbetering van de informatiehuishouding te bereiken is standaardisatie. Op diverse aspecten is daarom standaardisatie nodig en worden deze ontwikkeld. Een van deze aspecten is de wijze waarop overheden zich verantwoorden. Standaardisatie daarvan vormt daarmee een puzzelstukje in het bredere geheel. Hiermee kunnen overheden hun dataverwerkingen op dezelfde wijze verantwoorden en deze verantwoording onderling relateren, zodat de keten van dataverwerkingen tussen organisaties compleet inzichtelijk kan worden gemaakt.
Om eenduidige verantwoording over dataverwerkingen te regelen en te zorgen dat deze verantwoording over overheidsorganisaties heen relateerbaar is, is de standaard Logboek Dataverwerkingen in ontwikkeling. De standaard heeft tot doel geautomatiseerd eenduidige verslaglegging van dataverwerkingen binnen organisaties te bevorderen, en dataverwerkingen tussen organisaties aan elkaar te relateren.
Dit beschrijft een overzicht van de scope van de standaard, inclusief de zaken die wel en niet binnen de scope van de standaard vallen.
Logging over dataverwerkingen in overheidssystemen. Het uitgangspunt van deze standaard is de verantwoordingsplicht van de overheid over de uitvoering van haar taken en de wetten en kaders die daarbij horen.
De volgende zaken worden niet behandeld in deze standaard:
Het Logboek Dataverwerkingen is een doorontwikkeling van de conceptstandaard GEMMA Verwerkingenlogging, die door VNG Realisatie is gemaakt met als doel de naleving van AVG-verplichtingen rondom de verwerking van persoonsgegevens te verbeteren.
In 2023 heeft het Ministerie van Binnenlandse Zaken, in samenwerking met verschillende overheidspartijen, een project gestart om de GEMMA Verwerkingenlogging-standaard verder te ontwikkelen. Het uitgangspunt was het vergroten van de transparantie van de overheid en het verbeteren van de informatiepositie van de burger. Vanaf 2024 werd breder gekeken dan alleen de AVG; wettelijke kaders, zoals verantwoordingsverplichtingen, werden als uitgangspunt genomen voor het vormgeven van de standaard. Om aan deze eisen te voldoen, is de standaard aangepast en hernoemd tot Logboek Dataverwerkingen.
Voor de ontwikkeling van de standaard Logboek Dataverwerkingen was het essentieel dat de verschillende aspecten (juridische beleidskaders, techniek, inhoud en beheer) goed op elkaar werden afgestemd. Daartoe werkte het project met een interdisciplinair team: juristen, beleidsmakers en adviseurs van BZK werkten nauw samen met technische experts van Digilab en medewerkers van Logius, de beoogde beheerder. Deze interdisciplinaire aanpak zorgde ervoor dat de standaard aansluit op juridische randvoorwaarden, eenvoudig te beheren en te implementeren is, én effectief functioneert in de praktijk. Dit laatste aspect werd getest in Digilab, waar de standaard in verschillende simulatieomgevingen (Fieldlabs) werd ingebouwd en beproefd op praktische toepasbaarheid.
Om de overgang tussen ontwikkeling en beheer soepel te laten verlopen, was Logius vanaf een vroeg stadium betrokken bij het project. De inzet van Logius is in de loop van de tijd uitgebreid, zodat in 2025 het beheer van de standaard volledig kan worden overgedragen. Dit beheer wordt ingericht volgens de BOMOS-methodologie (Beheer- en OntwikkelModel voor Open Standaarden). Het opzetten van een goede governance-structuur is een integraal onderdeel van het beheer. Hierbij zullen, naast de gebruikers van de standaard, belangrijke rollen zijn weggelegd voor MIDO (Meerjarenprogramma Infrastructuur Digitale Overheid) en het Forum Standaardisatie. Deze gremia zullen naar verwachting respectievelijk de standaard vaststellen en deze opnemen op de Pas-Toe-Of-Leg-Uit-lijst. Het Ministerie van Binnenlandse Zaken blijft opdrachtgever voor het beheer van de standaard.
Dit hoofdstuk bevat veelgestelde vragen over de standaard Logboek Dataverwerking en in dit hoofdstuk worden deze veelgestelde vragen beantwoord en toegelicht.
De overheid moet zich verantwoorden over haar handelen. Daar valt ook onder het verantwoorden van het gebruik van data. Met het gebruik van de standaard Logboek Dataverwerking is een organisatie in staat de logging van de verwerking van data gestandaardiseerd uit te voeren. Dit geldt zowel voor verwerkingen binnen de eigen organisatie als voor verwerkingen die tussen organisaties plaatsvinden.
Elke organisatie die gegevens verwerkt kan de standaard Logboek Dataverwerking inzetten bij processen waar logging en monitoring, bijvoorbeeld vanuit de wetgeving wenselijk is.
Nee, de standaard kan ook worden gebruikt voor verwerking van andere typen gegevens, zoals bijvoorbeeld de registratie van (geografische) objecten.
Nee, deze materie is buiten scope van de standaard Logboek Dataverwerkingen.
Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is verantwoordelijk voor deze standaard en de doorontwikkeling ervan. Het beheer wordt door Logius uitgevoerd.
Er zijn momenteel geen verplichtingen voor gebruik van de standaard. Indien de standaard ooit verplicht wordt zal dit worden gepubliceerd bij het Forum Standaardisatie op de Pas-toe-of-leg-uit-lijst. Hiervoor dient eerst de gehele procedure te worden doorlopen.
In de standaard Logboek Dataverwerking wordt geen identificerende data opgeslagen over gebruiker van het systeem (bijv. de ambtenaar die het systeem gebruikt). We gaan ervan uit dat daar in de organisatie een Audit log voor is ingericht, aangezien dat verplicht is vanuit BIO. Vanuit Audit Log kan wel een relatie gelegd worden met een verwerking in de standaard Logboek Dataverwerking door te verwijzen naar de Operation ID die de verwerking identificeert.
Voor redenatie hierachter, zie besluit 4.4
Daarnaast is het van belang om te beseffen dat het vastleggen van data over een gebruiker in de Audit Log, ook een dataverwerking is. Immers, de data van de gebruiker (bijv. de ambtenaar die het systeem heeft gebruikt) worden daarbij opgeslagen (verwerkt). Dat is dus een eigen, aparte, dataverwerking die gelogd dient te worden in de Logboek Dataverwerkingen van de verwerker.
In de logging worden geen identificerende gegevens opgeslagen over gebruiker van het systeem (bijv. de ambtenaar die het systeem gebruikt). Om de link tussen een gebruiker en de standaard Logboek Dataverwerking te maken, kan de Audit Log worden aangepast door te verwijzen naar de Operation ID die de dataverwerking identificeert die door de gebruiker is uitgevoerd.
Ja dat kan. Het is wel van belang een duidelijk onderscheid te maken tussen verantwoordelijke en een verwerker van de gegevens. Dit bepaalt bijvoorbeeld de Register van verwerkingsactiviteiten waarnaar u dient te verwijzen bij implementatie van de standaard Logboek Dataverwerking.
Voor meer informatie over de rol van een verantwoordelijke en een verwerker kunt u de de website van Autoriteit Persoonsgegevens raadplegen.
Ja, de performance is getest met een aantal demo-applicaties. De testen toonden aan dat er weinig tot geen performanceverlies was op geraakte applicaties.
In het Register van verwerkingsactiviteiten (art 30 AVG) zijn de binnen de organisatie uit te voeren taken en processen waarin verwerkingen worden uitgevoerd benoemd. In de Logboek Dataverwerkingen standaard wordt de relatie gelegd tussen de beschreven processen in het register en de daadwerkelijk uitgevoerde activiteit waarbij data zijn verwerkt. Door deze relatie ontstaat inzicht in de taak en activiteit waarvoor de data verwerkt zijn.
Voor de implementatie van deze standaard is het noodzakelijk dat iedere verwerkingsactiviteit in uw RvvA uniek te identificeren is. Mocht dat nog niet het geval zijn, voeg dan een unieke identificator toe aan alle dataverwerkingen.
Het is aanbevolen – maar niet verplicht – om de RvvA benaderbaar te maken met een API. Dat voorkomt dat de identificatoren van de verwerkingsactiviteiten “hardcoded” moeten worden toegevoegd aan de logging en dat bij inzage, handmatig data uit de RvvA moeten worden toegevoegd in de logging.
Het is van belang dat, als de RvvA wordt aangepast,de wijzigingen toevoegd worden als nieuwe verwerkingsactiviteiten met een eigen unieke identificator. Bestaande verwerkingsactiviteiten mogen niet wijzigen of verwijderd worden. Hierdoor blijven de oude verwijzingen uit de Logboek Dataverwerking intact.
Ja, dat kan nog steeds. Het is niet verplicht een RvvA API te implementeren, de RvvA is uiteraard wel verplicht in het geval van persoonsgegevensverwerking. Voor de implementatie van de Logboek Dataverwerkingen is het van belang dat iedere verwerkingsactiviteit te identificeren is met een unieke identificator.
Stel de RvvA is uitgewerkt in een MS-Exceldocument en het systeem heeft daar geen API-toegang toe Daarnaast zijn de dataverwerkingenin de RvvA niet uniek te identificeren met een identificator.
In dat geval zal er een kolom moeten worden toegevoegd aan het MS-Exceldocument waariedere dataverwerkingeen unieke identificator krijgt. Deze identificatoren van de dataverwerkingen in uw RvvA zullen dan ‘hardcoded’ moeten worden toegevoegd in de logging. Bij inzage zullen de data uit de RvvA, die horen bij een dataverwerking, handmatig moeten worden opgezocht.
De standaard Logboek Dataverwerking gaat er alleen vanuit dat er een RvvA is. Hoe gedetailleerd de RvvA is, is een beslissing van de organisatie zelf. Uiteraard is het wel zo dat hoe gedetailleerder de RvvA is opgezet, hoe transparanter er kan worden gerapporteerd naar burger en (overige) overheid.
Het is van belang dat als de RvvA aangepast moet worden,de wijzigingen toegevoegd worden als nieuwe verwerkingsactiviteit met een eigen unieke identificator. Bestaande verwerkingsactiviteiten mogen niet worden aangepast of verwijderd.
Hierdoor blijven de oude verwijzingen uit de Logboek Dataverwerking intact.
De standaard Logboek dataverwerkingen levert geen kant-en-klare softwareoplossing. Wel biedt de standaard richtlijnen waar het Logboek dataverwerkingen van een applicatie aan moet voldoen. Dit document geeft aan hoe de standaard zich verhoudt tot de Architectuur Digitale Overheid 2030 en de Domeinarchitectuur Gegevensuitwisseling
De API’s zijn ontworpen en ontwikkeld volgens de standaard Rest-API Design Rules.
Applicaties
Berichtenverkeer / gegevensuitwisseling
Data / gegevens
Onderstaande stelselplaat geeft een globaal overzicht van de bronhouders, de aanbieders en afnemers van data.
[bron: Architectuur Digitale Overheid 2030]
Een belangrijk kader voor de standaard Logboek dataverwerkingen is de uitwerking van het GDI meerjarenvisie op basis van de Architectuur Digitale Overheid 2030 met als specifiek onderwerp Gegevensuitwisseling. De standaard Logboek dataverwerking kan gepositioneerd worden in de GDI Gegevensuitwisseling als standaard waarin een 'Uitwisselingsafspraak' geformaliseerd wordt. Waarbij de daadwerkelijke logging betrekking heeft op de 'Operatie' in de modelplaat ‘GDI-Gegevensuitwisseling’.
[Bron: GDI – Gegevensuitwisseling]
Onderstaand figuur geeft een overzicht van de architectuurprincipes uit het GDI meerjarenvisie en hun relatie met de belangrijkste functie voor data en gegevensuitwisseling.
[Bron: MIDO/GDI Domeinarchitectuur Gegevensuitwisseling]
De relatie en invulling van de standaard Logboek dataverwerkingen staat uitgewerkt in de volgenda paragraaf.
De standaard Logboek dataverwerkingen kan ook worden toegepast in een middleware- of cloud-omgeving. Het netwerkcomponent logt binnenkomende en uitgaande berichten.
Ook voor mobiele Apps en IoT (Internet of Things) geldt dat het netwerkcomponent de gegevensberichten logt.
Hoofdstuk 2.2 Componenten geeft een globaal overzicht van de benodigde softwarecomponenten om de standaard te implementeren.
De standaard Logboek dataverwerkingen gaat er vanuit dat de het Logboekcomponent op een beveiligd platform in een beveiligd datacenter is geïnstalleerd.
Architectuurprincipe | Relatie met de standaard |
---|---|
1.1. Gegevens die kunnen worden gedeeld zijn vindbaar, toegankelijk, interoperabel en herbruikbaar | - Logregels zijn voorzien van metagegevens ten aanzien van tracering zodat gerelateerde Logeregels altijd gevonden kunnen worden. - Identificatoren worden aangemaakt zodat deze over de gehele wereld uniek zijn. - Het processingActivityId is gerelateerd aan het Register van Verwerkingsactiviteiten zodat per Logregel altijd verwezen kan worden naar een activiteit van een (overheids)organisatie en daarmee de context direct duidelijk wordt. |
1.2. Gegevensuitwisseling is gebaseerd op open standaarden | - API’s gerelateerd aan deze standaard moeten worden ontworpen en gebouwd volgens de standaarden REST-API Design Rules, OpenAPI en DigiKoppeling. - Het metadatamodel van deze standaard is gebaseerd op OpenTelemetry. Dit is een internationale standaard voor het genereren, verzamelen en exporteren van telemetrie gegevens (metrieken, logging en tracering). |
1.3 De kwaliteit van gegevens is afgestemd op het gebruik | - Door de registratie van verwerkte data in een Logboek kan er op een later moment inzicht gegeven worden aan andere (overheids)organisaties en burgers. Eventuele foutieve data komen dan direct aan het licht en kunnen hersteld worden. |
1.4. Gegevensdiensten zijn afgestemd op de behoeften van afnemers | - Gegevens die gelogd worden bij een gegevensverwerking zijn afgestemd op het doel waarvoor er gelogd moet worden (bijvoorbeeld de gegevens die gevraagd worden op basis van de AVG-wetgeving). Er wordt niet minder opgeslagen, meer zeker niet meer dan nodig is. - Het ontwerp van het gegevensmodel van deze standaard is gebaseerd op OpenTelemetry, vertaling van gegevens is dus niet nodig. |
1.5. De bron van de gegevens is leidend | - Overheidsapplicaties moeten rekening houden met de onderhoud van data bij de bron. Dit betekent dat gegevens niet zonder meer gekopieerd opgeslagen mogen worden. Bij sommige dataverwerkingen zijn data nodig van andere databronnen (in de eigen organisatie of bij een andere organisatie). De standaard Logboek Dataverwerkingen schrijft een traceringsmechanisme voor zodat kopiëren van specifieke data naar het Logboek niet nodig is, er kan altijd nagegaan worden waar data vandaan kwamen en welke data er gebruikt werden. - De standaard verwijst zo veel mogelijk naar bestaande databronnen elders in plaats van de data te dupliceren (zie besluit 4.2 en 4.4) |
1.6. Burgers en organisaties hebben regie over hun eigen gegevens | - Burgers, (overheids)organisaties en parlement hebben recht om inzicht te krijgen in verwerkte data. Door toepassing van deze standaard kan er een rapportage gemaakt worden die voldoet aan die informatiebehoefte. - De standaard Logboek dataverwerkingen biedt geen handreiking ten aanzien van de manier waarop gegevensinzicht plaats moet vinden richting belanghebbende, wel op de in de inhoud van het gegevensinzicht. |
1.7. Persoonsgegevens zijn beschermd bij het uitwisselen van gegevens | - Deze standaard gaat er vanuit dat autorisatie- en beveiligingsmechanismen worden toegepast rondom Applicatie en Logboek, daarom zijn er geen extra richtlijnen op dit vlak. Zie ook Beleidskader 8.9. |
1.8. Uitwisseling van gegevens wordt gelogd als deze later aantoonbaar moet zijn | - Logging van verwerkte data is de kern van deze standaard. Door gebruikt te maken van een traceringsmechanisme en unieke identificatoren, kan er altijd worden voldaan aan de eis dat ontvangen en verzonden data aan elkaar gerelateerd kunnen worden. |
2.1. Gegevensuitwisseling is federatief georganiseerd | - Logboek Dataverwerkingen maakt het mogelijk om in een gefedereerde omgeving en in informatieketens verantwoording te kunnen afleggen over gegevensuitwisseling. Hiervoor wordt tracing ingezet, een concept dat gebaseerd op de open standaard OpenTelemetry. Zie voor enkele juridische en beleidsmatige uitgangspunten het Juridisch Beleidskader hoofdstuk 6 en hoofdstuk 8. - Nadere invulling t.a.v. gegevensuitwisseling in het kader van inzage zal volgen als de extensie voor inzage wordt gemaakt. |
2.2. Voorwaarden en afspraken zijn expliciet en inzichtelijk | - Afspraken in het kader van deze standaard zullen vooral gemaakt worden op het gebied van tracering van data binnen organisaties en over organisaties heen. |
3.1. Gemeenschappelijke begripsvorming is het startpunt | - De data die gebruikt worden in deze standaard, staan vermeld en uitgelegd in het Canoniek Gegevensmodel. Het is van belang dat alle (overheids)organisatie die gebruik maken van de standaard hetzelfde beeld hebben ten aanzien specifieke data en uitwisseling daarvan om foutsituaties en verwarring te voorkomen. |
3.2. Metagegevens zijn begrijpelijk voor mensen | - De metagegevens zijn veelal ontstaan op basis van de internationale standaard OpenTelemetry. Daarnaast worden de begrippen ook uitgelegd in het Canoniek Gegevensmodel. |
3.3. Gegevens worden contextrijk vastgelegd | - Het gebruik van metadata in deze standaard is essentieel. De context wordt uitgelegd in het Canoniek Gegevensmodel. Daarnaast zijn er verdiepingsdocumenten aanwezig zoals het traceringsmechanisme [nog toe te voegen] en concrete voorbeelden van loggingssituaties. |
3.4. Metagegevens zijn aan elkaar verbonden | - Metagegevens tussen de verschillende Logboeken zijn aan elkaar gerelateerd middels de beschrijvingen en afspraken zoals gespecifieerd in de standaard . |
3.5. Metagegevens zijn beschikbaar als Linked Data | - De gedefinieerde metadata is gerelateerd aan de standaard NL-SBB – standaard voor het beschrijven van begrippen. |
4.1. Gegevens worden geleverd vanuit herbruikbare gegevensdiensten | - Nadere invulling volgt bij het ontwerp van de Inzage extensie. |
4.2. Registraties bieden historische gegevens aan | - Data in het Logboek mogen niet fysiek worden verwijderd; als ze niet meer geldig zijn dan wordt alleen vastgelegd dat ze niet meer geldig zijn (tenzij ze om juridische redenen vernietigd moeten worden). - De historische integriteit van Logboekgegevens is geborgd; oude data mogen niet worden niet overschreven. - Nieuwe formele overheidsregistraties die worden ontwikkeld, moeten de formele historie van datawerking vastleggen conform de standaard Logboek dataverwerking. Ook de wijzigingen in Register van Verwerkingsactiviteiten worden toevoegd als nieuwe verwerkingsactiviteiten met een eigen unieke identificator. Bestaande verwerkingsactiviteiten mogen niet wijzigen of verwijderd worden. Hierdoor blijven de oude verwijzingen uit de Logboek Dataverwerking intact. |
4.3. Aanbieders kunnen notificeren over belangrijke gebeurtenissen | - N.v.t. Standaard beschrijft geen notificatiemechanisme voor wijzigingen in de Log. |
5.1. Informatieproducten zijn herleidbaar naar de onderliggende gegevens en regels | - Door gebruikt te maken van een traceringsmechanisme en unieke identificatoren, kan er altijd worden voldaan aan de eis dat ontvangen en verzonden data aan elkaar gerelateerd kunnen worden. De bron, en daarmee de kwaliteit en betrouwbaarheid van verwerkte data, kunnen snel en eenvoudig worden opgehaald. - Wordt eventueel nader ingevuld bij de ontwikkeling van een Inzage extensie. |
6.1. Gegevens worden zo vroeg mogelijk gevalideerd | - Validatie van logdata is een taak van de Applicatie zelf, deze standaard geeft hiervoor geen handreiking. |
Logging van gegevensverwerkingen kunnen vaak en veelvuldig plaatsvinden. Het geheel kan groot en complex worden want sommige Logregels zijn aan elkaar gerelateerd. Deze relaties kunnen gelegd worden met Logregels met andere applicaties binnen dezelfde organisatie of met logregels van applicaties van andere organisaties. Maar ook zijn er relaties nodig met activiteiten in het Register van Verwerkingsactiviteiten. Wat nu als alle Logregels zonder relaties worden opgeslagen? Bij een rapportage (bijvoorbeeld een verzoek tot inzage van een burger) moet nu handmatig worden uitgezocht welke gegevensverwerkingen bij elkaar horen en er moet, in het ernstigste geval, ook contact worden gezocht moet andere organisaties om te onderzoeken of daar ook de nodige gegevensverwerkingen zijn uitgevoerd. Als er bij elke Logregel de nodige relatiegegevens worden bijgevoegd, kan de rapportage snel en accuraat worden gegenereerd.
Om er zeker van te zijn dat de relatie tussen Logregels gelegd kan worden, moeten de volgende gegevens worden geregistreerd per Logregel:
• processingActivityId: elke gegevensverwerking die een organisatie doet, moet bekend zijn in het Register van Verwerkingsactiviteiten. Het processingActivity legt de relatie tussen de gegevensverwerking door een applicatie, en de activiteit gedefinieerd in het Register.
• traceId: alle logregels die voor een specifieke gegevensverwerking bij elkaar horen, krijgen een traceId. De traceId-waarde voor alle Logregels die bij elkaar horen is hetzelfde.
• operationId: elke individuele Logregel (Operation) krijgt een eigen, unieke operationId (net zoals elk databaserecord dat ook krijgt).
In werkelijkheid worden alle relaties door de Applicatie in een fractie van een seconde (in parallel) gelegd. Om het grote geheel beter te begrijpen, worden alle relaties hieronder stap voor stap uitgelegd.
Als er een Dataverwerking plaatsvindt, moet dit altijd een relatie hebben met het Register van Verwerkingsactiviteiten. In dit Register staat informatie over de gegevens die een organisatie verwerkt. Het Register is verplicht, een geautomatiseerde koppeling met het Logboek niet. Bij elke Dataverwerking wordt door het Logboek een relatie gelegd met het Register door middel van het processingActivityId. Als er meerdere dezelfde Dataverwerkingen (‘Operations’) zijn, krijgen deze dus allemaal dezelfde processingActivityId.
In het geval er een Dataverwerking plaatsvindt ter ondersteuning van een andere Dataverwerking (suboperation), dan kan deze ondersteunende Dataverwerking een eigen processingActivityId krijgen. Deze kan anders zijn dan het processingActivityId van de ‘hoofdprocessingActivity’.
De subOperation heeft nu een eigen processingActivityId gekregen, maar het is nog niet duidelijk aan welke hoofdprocessingActivityId deze gekoppeld is. Om dit op te lossen, wordt ook een ‘parentProcessingActivityId’ geregistreerd. Bij de subOperation wordt in dit geval naast de processingActivityId ook een parentProcessingActivityId geregistreerd. De waarde van deze parentProcessingActivityId is gelijk aan de waarde van het hoofdProcessingActivityId.
Bij een Dataverwerking kan het zijn dat gegevens moeten worden opgevraagd bij een andere organisatie. Deze organisatie heeft zelf ook een Register van Verwerkingsactiviteiten. In dit Register staat beschreven dat een specifieke organisatie specifieke gegevens mag opvragen als aparte operation. Bij het verstrekken van deze gegevens aan de aanvragende organisatie, wordt het processingActivityId van de gegevensverstrekkende organisatie geregistreerd. Er is dus GEEN rechtstreekse koppeling tussen het Register van de aanvragende en het Register van de verstrekkende organisatie.
Operations kunnen bestaan uit meerdere (sub)Operations binnen de eigen organisatie maar ook over organisaties heen. Het geheel kan een grote en ingewikkelde constructie worden. Om toch het overzicht te kunnen behouden, is het noodzakelijk een ‘traceId’ te introduceren per (sub)Operation. Het traceId is als het ware de ‘lijm’ tussen alle (sub)Operations. Als er nog geen traceId bekend is, wordt deze automatisch gegenereerd voor de eerste Operation.
Alle bij elkaar horende (sub)Operations, krijgen vervolgens dezelfde traceId-waarde.
In het geval er gegevens worden opgevraagd aan een andere organisatie, krijgt elke operation bij verstrekkende organisatie een traceId. Om de relatie te leggen tussen de vragende en de verstrekkende organisatie, wordt bij elke Operation van de verstrekkende organisatie een ‘foreignOperationTraceId’ geregistreerd. De waarde van de foreignOperationTraceId van de verstrekkende organisatie is gelijk aan de waarde van traceId van de vragende organisatie.
Elke (sub)Operation krijgt een eigen, unieke operationId. Hiermee zijn alle loggings altijd uniek traceerbeer. Ook subOperations krijgen een eigen, unieke OperationId.
Als er ook subOperations plaatsvinden, moet er ook een ‘parentOperationId’ worden geregistreerd om de koppeling met de hoofdOperation te realiseren.
In het geval er gegevens nodig zijn van een andere organisatie, krijgt de Operation van de verstrekkende organisatie ook een eigen, unieke operationId. Daarnaast wordt bij deze Operation ook het operationId geregistreerd die het verzoek voor informatie geïnitieerd heeft (vanuit de vragende organisatie). Deze specifieke operationId wordt het ‘foreignOperationId’ genoemd en krijgt de waarde gelijk aan het operationId van de initiërende Operation van de vragende organisatie.
Het nu volgende voorbeeld is volledig fictief en is puur bedoeld om een beeld te schetsen ten behoeve van een traceringsconstructie in een logboek.
Een persoon heeft een parkeervergunning in een gemeente. Er is een nieuwe auto aangeschaft, het kenteken moet worden aangepast ten behoeve van de vergunning. De persoon kan het kenteken online wijzigen in de ‘mijnGemeente’ applicatie. Om het voorbeeld eenvoudig te houden, worden foutsituaties buiten beschouwing gelaten.
De traceringsgegevens worden als volgt vastgelegd:
processingActivityId
In de gemeenteapplicatie worden de volgende Operations uitgevoerd die een relatie hebben met het Register van Verwerkingsactiviteiten van de gemeente:
• Toon alle vergunningen: na het inloggen, worden de parkeervergunningen van de persoon getoond. Deze Operation is gerelateerd aan de processingActivity Parkeervergunningadministratie voeren.
• Wijzig kenteken: het wijzigen van het kenteken valt ook onder de processingActivity Parkeervergunningadministratie voeren. Hierdoor is het processingActivityId hetzelfde als die van de Operation Toon alle vergunningen.
• Controleer tenaamstelling: deze Operation zorgt voor de aanvraag van gegevens richting het RDW en controle van de terugontvangen gegevens. Deze Operation is een subOperation van Wijzig kenteken en krijgt een processingActivity wat hoort bij de processingActivity in het Register genaamd Tenaamstelling controleren. De processingActivity is op zijn beurt weer een subprocessingActivity van Parkeeradministratie voeren. Om deze relatie te leggen, moet ook een parentProcessingActivityId worden geregistreerd. De waarde hiervan is gelijk aan de waarde van het processingActivityId van Parkeervergunningadministratie voeren.
In de RDW-applicatie wordt het verstrekken van gegevens aan de gemeenteapplicatie ook geregistreerd. De Operation Verstrek houdergegevens is gerelateerd aan de processingActivity Kentekenhoudergegevens verstrekken. Merk op dat er hier dus GEEN directe relatie is tussen het Register van Verwerkingsactiviteiten van de gemeente en die van het RDW.
• De gemeenteOperations Toon alle vergunningen, Wijzig kenteken en Controleer tenaamstelling behoren tot dezelfde handeling (met als eindresultaat het wijzigingen van het kenteken op de vergunning). Deze Operations krijgen allemaal dezelfde traceId. • De RDW-Operation Verstrek houdergegevens krijgt een eigen traceId. • Om het geheel te koppelen over de organisaties heen, wordt bij het RDW ook een foreignOperationTraceId opgeslagen, de waarde hier van is gelijk aan de waarde van de traceId van de Operation Controleer tenaamstelling.
In de gemeente-applicatie krijgt elke (sub)Operation een eigen, unieke OperationId. • De (sub)Operation Controleer tenaamstelling krijgt daarnaast ook nog een parentOperationId met de waarde van OperationId van de Operation Wijzig kenteken om een relatie te leggen. • Ook de RDW-Operation Verstrek houdergegevens krijgt een eigen unieke OperationId. • Om de relatie over de organisaties heen te leggen, wordt er bij de RDW-Operation Verstrek houdergegevens ook een foreignOperationId moeten worden vastgelegd. De waarde van deze foreignOperationId is gelijk aan de waarde van de OperationId van de gemeente-Operation Controleer tenaamstelling.
Als alle relaties gelegd zijn, ziet de traceringsconstructie er als volgt uit:
Meer gedetailleerde voorbeelden staan beschreven in de inleiding van de standaard logboek dataverwerkingen.
Ter verduidelijking van de standaard is een Canoniek gegevensmodel uitgewerkt, dit gestandaardiseerd model voor datarepresentatie is ontworpen om de attributen eenduidig en consistenter te maken. Het biedt een uniforme structuur en terminologie voor alle relevante gegevens in de standaard. Zie voor de definitie van de gebruikte terminologie ook Paragraaf 1.2 van de standaard.
Attribuut | Beschrijving |
---|---|
Attribuutnaam | attribute |
Definitie Engels | Attributes in the form of key value pairs. |
Attribuutnaam Nederlands | attribuut |
Definitie Nederlands | Attributen in de vorm van key value pairs. |
Toelichting | Organisaties hebben de vrijheid om zelf key value pairs te bepalen als dit bijdraagt aan de inzichtelijkheid van een gegevensverwerkingsactie. |
Noodzakelijkheid | Vanuit de standaard is het onmogelijk om alle attribuutsoorten te definiëren die belangrijk zijn voor de inzichtelijkheid van een gegevensverwerkingsactie. Daarom is er in de standaard rekening gehouden met een mogelijkheid om per organisatie of per systeem eigen attribuutsoorten te bepalen. |
Datatype | - |
Voorbeeld | - |
Verplicht | Nee |
Gebruikt in | Logboek |
Enumeratiewaarden | - |
Attribuut | Beschrijving |
---|---|
Attribuutnaam | dplCoreDataSubjectId |
Definitie Engels | Refers to any individual person who can be identified, directly or indirectly, via an identifier such as a name, an ID number, location data, or via factors specific to the person's physical, physiological, genetic, mental, economic, cultural or social identity. |
Attribuutnaam Nederlands | dplCorebetrokkeneId |
Definitie Nederlands | De geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijk persoon op wie de verwerkte en/of de te verwerken persoonsgegevens betrekking hebben. |
Toelichting | Bij het gebruik van dataSubject (betrokkene) moet rekening gehouden met artikel 32-1a: Rekening houdend met de stand van de techniek, de uitvoeringskosten, alsook met de aard, de omvang, de context en de verwerkingsdoeleinden en de qua waarschijnlijkheid en ernst uiteenlopende risico's voor de rechten en vrijheden van personen, treffen de verantwoordelijke en de verwerker passende technische en organisatorische maatregelen om een op het risico afgestemd beveiligingsniveau te waarborgen, die, waar passend, onder meer het volgende omvatten: a) de pseudonimisering en versleuteling van persoonsgegevens. |
Noodzakelijkheid | Gegevensverwerkingsacties moeten per betrokkene worden opgeslagen. Indien er gevraagd wordt om de gegevensverwerkingsacties van een betrokkene kan er niet gerapporteerd worden zonder dit attribuutsoort. |
Datatype | URI |
Voorbeeld | 6e8bc430-9c3a-11d9-9669-0800200c9a66 |
Verplicht | Ja |
Gebruikt in | Logboek |
Enumeratiewaarden | Niet van toepassing |
Attribuut | Beschrijving |
---|---|
Attribuutnaam | dataSubjectCategories |
Definitie Engels | A classification of data subjects relevant to an organization. Can be used to categorize business-specific and regulation-specific categories. Examples: Employees Customers Suppliers |
Attribuutnaam Nederlands | categorieënBetrokkenen |
Definitie Nederlands | Een beschrijving van de categorieën van personen van wie gegevens verwerkt worden. |
Toelichting | - |
Noodzakelijkheid | In AVG artikel 30-1c wordt de volgende maatregel benoemd: Elke verantwoordelijke en, in voorkomend geval, de vertegenwoordiger van de verantwoordelijke houdt een register van de verwerkingsactiviteiten die onder hun verantwoordelijkheid plaatsvinden. Dat register bevat alle volgende gegevens: een beschrijving van de categorieën van betrokkenen en van de categorieën van persoonsgegevens. |
Datatype | Enumwaarde |
Voorbeeld | Burger |
Verplicht | Ja |
Gebruikt in | Register |
Enumeratiewaarden | Afhankelijk van het type systeem en betrokken actoren. Er kunnen meerdere categorieën van toepassing zijn. |
Attribuut | Beschrijving |
---|---|
Attribuutnaam | dplCoreProcessingActivityId |
Definitie Engels | Reference to Register with more information about the processing activity. |
Attribuutnaam Nederlands | dplCoreVerwerkingsactiviteitId |
Definitie Nederlands | Verwijzing naar Register met meer informatie over de verwerkingsactiviteit. |
Toelichting | - |
Noodzakelijkheid | Elke gegevensverwerking in het logboek moet in lijn zijn met de vooraf gedefinieerde verwerkingsactiviteiten in het register (zie AVG artikel 30). Om te voorkomen dat alle attribuutsoorten van het register gedupliceerd worden in het logboek, wordt in het logboek alleen verwezen naar het VerwerkingsactiviteitId van het register. |
Datatype | URI |
Voorbeeld | 6e8bc430-9c3a-11d9-9669-0800200c9a66 |
Verplicht | Ja |
Gebruikt in | Register en Logboek |
Enumeratiewaarden | Niet van toepassing |
Attribuut | Beschrijving |
---|---|
Attribuutnaam | endTime |
Definitie Engels | Timestamp representing the end of a data processing logging action. |
Attribuutnaam Nederlands | eindTijd |
Definitie Nederlands | Tijdstempel die het einde van een logboekactie voor gegevensverwerking vertegenwoordigt. |
Toelichting | Een logboekregel wordt pas weggeschreven in het logboek als de volledige transactie (succesvol of niet succesvol) is afgerond. |
Noodzakelijkheid | Bij een inzageverzoek van de Betrokkene ten aanzien van gegevensverwerkingsacties, wordt ook een tijdsspanne gevraagd. Alleen de details van een gegevenswerkingsactie binnen opgegeven tijdsspanne worden gerapporteerd. Zonder begin- en eindtijd van een gegevensverwerkingsactie is het onmogelijk de juiste details op te leveren. |
Datatype | DateTime |
Voorbeeld | 2025-02-23T00:00:00 |
Verplicht | Ja |
Gebruikt in | Logboek |
Enumeratiewaarden | Niet van toepassing. |
Attribuut | Beschrijving |
---|---|
Attribuutnaam | envisagedTimeLimit |
Definitie Engels | The maximum period for which the personal data is necessary to achieve the purpose of the processing or no longer than the period anchored in sector-specific legislation. |
Attribuutnaam Nederlands | bewaarTermijn |
Definitie Nederlands | De maximale periode waarin de persoonsgegevens noodzakelijk worden bewaard om het doel van de verwerking te bereiken of niet langer dan de termijn die verankerd is in sectorspecifieke wetgeving. |
Toelichting | Als het bewaartermijn van een bewaard gegeven verstreken is, dan moet het gegeven worden verwijderd uit het logboek. |
Noodzakelijkheid | In AVG artikel 30-1f wordt de volgende maatregel benoemd: Elke verantwoordelijke en, in voorkomend geval, de vertegenwoordiger van de verantwoordelijke houdt een register van de verwerkingsactiviteiten die onder hun verantwoordelijkheid plaatsvinden. Dat register bevat alle volgende gegevens: indien mogelijk, de beoogde termijnen waarbinnen de verschillende categorieën van gegevens moeten worden gewist. De concrete datum waarop een gegevensverwerking moet worden gewist uit het logboek, kan bepaald worden door middel van het bewaartermijn in het register en de eindtijd waarop een gegevensverwerking is gelogd in het logboek. Daardoor is het onnodig om de concrete verwijderdatum van een gegevensverwerking te registreren in het logboek. |
Datatype | DateTime |
Voorbeeld | 2025-02-23T00:00:00 |
Verplicht | Ja |
Gebruikt in | Register |
Enumeratiewaarden | Niet van toepassing |
Attribuut | Beschrijving |
---|---|
Attribuutnaam | foreignOperation.entity |
Definitie Engels | Reference to external entity. |
Attribuutnaam Nederlands | entiteit |
Definitie Nederlands | Verwijzing naar externe entiteit. |
Toelichting | Indien er voor een verwerking ook een logging heeft plaatsgevonden door een externe informatiebron, dan wordt er een verwijzing aangemaakt om de gegevens van deze logging in te kunnen zien. |
Noodzakelijkheid | Indien het noodzakelijk is ook gegevensverwerkingsacties van een externe gegevensbron te gebruiken, dan wordt een unieke referentie naar deze externe gegevensverwerkingsactie geregistreerd in het logboek. Door alleen te verwijzen naar de externe gegevensverwerkingsactie, kan voorkomen worden dat gegevens gedupliceerd worden opgeslagen in het logboek. |
Datatype | URI |
Voorbeeld | foo://techtarget.com:8042/over/there?name=parrot#beak |
Verplicht | Nee |
Gebruikt in | Logboek |
Enumeratiewaarden | Niet van toepassing |
Attribuut | Beschrijving |
---|---|
Attribuutnaam | foreignOperation.operationId |
Definitie Engels | Unique name given to a foreign processing operation. |
Attribuutnaam Nederlands | externeActie.actieId |
Definitie Nederlands | Identificator die de externe verwerkingsactie uniek identificeert. |
Toelichting | Externe verwerkingsacties kunnen een onderdeel zijn van de totale verwerkingsactie. OperationId is in dit geval een attribuutsoort van het objecttype foreignOperation. |
Noodzakelijkheid | Indien het noodzakelijk is ook gegevensverwerkingsacties van een externe gegevensbron te gebruiken, dan wordt een unieke referentie naar deze externe gegevensverwerkingsactie geregistreerd in het logboek. Het foreignOperation.operationId refereert naar één specifieke gegevensverwerkingsactie door de externe gegevensbron. Door alleen te verwijzen naar de externe gegevensverwerkingsactie, kan voorkomen worden dat gegevens gedupliceerd worden opgeslagen in het logboek. |
Datatype | URI |
Voorbeeld | 6e8bc430-9c3a-11d9-9669-0800200c9a66 |
Verplicht | Nee |
Gebruikt in | Logboek |
Enumeratiewaarden | Niet van toepassing |
Attribuut | Beschrijving |
---|---|
Attribuutnaam | LegalBasis |
Definitie Engels | The general conditions governing the lawfulness of processing by the controller. |
Attribuutnaam Nederlands | grondslag |
Definitie Nederlands | Algemene voorwaarden inzake de rechtmatigheid van verwerking door de verantwoordelijke. |
Toelichting | De verwerking is alleen rechtmatig indien en voor zover aan ten minste één van de voorwaarden is voldaan. |
Noodzakelijkheid | In AVG artikel 6-1 worden de volgende maatregelen benoemd: |
De verwerking is alleen rechtmatig indien en voor zover aan ten minste één van de voorwaarden is voldaan. | |
a) de betrokkene heeft toestemming gegeven voor de verwerking van zijn persoonsgegevens voor een of meer specifieke doeleinden; | |
b) de verwerking is noodzakelijk voor de uitvoering van een overeenkomst waarbij de betrokkene partij is, of om op verzoek van de betrokkene vóór de sluiting van een overeenkomst maatregelen te nemen; | |
c) de verwerking is noodzakelijk om te voldoen aan een wettelijke verplichting die op de verantwoordelijke rust; | |
d) de verwerking is noodzakelijk om de vitale belangen van de betrokkene of van een andere natuurlijke persoon te beschermen; | |
e) de verwerking is noodzakelijk voor de vervulling van een taak van algemeen belang of van een taak in het kader van de uitoefening van het openbaar gezag dat aan de verantwoordelijke is opgedragen; | |
f) de verwerking is noodzakelijk voor de behartiging van de gerechtvaardigde belangen van de verantwoordelijke of van een derde, behalve wanneer de belangen of de grondrechten en de fundamentele vrijheden van de betrokkene die tot bescherming van persoonsgegevens nopen, zwaarder wegen dan die belangen, met name wanneer de betrokkene een kind is. | |
Er moet worden aangetoond dat de verwerking rechtmatig is op basis van één of meer grondslagen. | |
Datatype | Enumwaarden |
Voorbeeld | Legal obligation |
Verplicht | Ja |
Gebruikt in | Register |
Enumeratiewaarden EN | - Consent data subject (6-1a) |
- Necessary contract data subject (6-1b) | |
- Legal obligation (6-1c) | |
- Protect vital interests (6-1d) | |
- Performance task (6-1e) | |
- Legitimate interests (6-1f) | |
Enumeratiewaarden NL | - Toestemming betrokkene (6-1a) |
- Uitvoering overeenkomst betrokkene (6-1b) | |
- Wettelijke verplichting (6-1c) | |
- Vitaal belang (6-1d) | |
- Algemeen belang (6-1e) | |
- Gerechtvaardigd belang (6-1f) |
Attribuut | Beschrijving |
---|---|
Attribuutnaam | LegalBasisComment |
Definitie Engels | More detailed explanation of the general conditions governing the lawfulness of processing by the controller. |
Attribuutnaam Nederlands | grondslagUitleg |
Definitie Nederlands | Uitleg bij de algemene voorwaarden inzake de rechtmatigheid van verwerking door de verantwoordelijke. |
Toelichting | - |
Noodzakelijkheid | Organisaties mogen persoonsgegevens alleen verzamelen met een gerechtvaardigd doel. Dat doel moet specifiek zijn en vooraf uitdrukkelijk zijn omschreven. Artikel 5-1 van de AVG benoemt (onder andere) de volgende maatregelen: |
Persoonsgegevens moeten: | |
a) worden verwerkt op een wijze die ten aanzien van de betrokkene rechtmatig, behoorlijk en transparant is ("rechtmatigheid, behoorlijkheid en transparantie"); | |
b) voor welbepaalde, uitdrukkelijk omschreven en gerechtvaardigde doeleinden worden verzameld en mogen vervolgens niet verder op een met die doeleinden onverenigbare wijze worden verwerkt; de verdere verwerking met het oog op archivering in het algemeen belang, wetenschappelijk of historisch onderzoek of statistische doeleinden wordt overeenkomstig artikel 89, lid 1, niet als onverenigbaar met de oorspronkelijke doeleinden beschouwd ("doelbinding"); | |
c) toereikend zijn, ter zake dienend en beperkt tot wat noodzakelijk is voor de doeleinden waarvoor zij worden verwerkt ("minimale gegevensverwerking"). | |
Datatype | CharacterString |
Voorbeeld | Paspoortenregeling Nederland |
Verplicht | Nee |
Gebruikt in | Register |
Enumeratiewaarden | Niet van toepassing |
Attribuut | Beschrijving |
---|---|
Attribuutnaam | operationId |
Definitie Engels | Unique name given to a processing operation. |
Attribuutnaam Nederlands | actieId |
Definitie Nederlands | Identificator die de gegevensverwerkingsactie uniek identificeert. |
Toelichting | Het iD is betekenisloos, kent geen volgorde en is uniek over alle systemen in de wereld. |
Noodzakelijkheid | Elke gegevensverwerkingsactie wordt uniek opgeslagen in het logboek. Indien een rapportage moet worden gemaakt voor de betrokkene, moet de unieke gegevensverwerkingsactie opgehaald kunnen worden uit het logboek. Het ophalen van de gegevens gaat op basis van het operationId, dus zonder dit gegeven is het aanmaken van een rapportage niet mogelijk. |
Datatype | URI |
Voorbeeld | 6e8bc430-9c3a-11d9-9669-0800200c9a66 |
Verplicht | Ja |
Gebruikt in | Logboek |
Enumeratiewaarden | Niet van toepassing |
Attribuut | Beschrijving |
---|---|
Attribuutnaam | operationName |
Definitie Engels | Specific operation addressed or referred to. |
Attribuutnaam Nederlands | actieNaam |
Definitie Nederlands | Naam van een specifieke gegevensverwerkingsactie. |
Toelichting | Aanbevolen wordt om alle gegevensverwerkingsacties te beschrijven als een werkwoord (in de infinitief) gevolgd door een zelfstandig naamwoord. |
Noodzakelijkheid | Om duidelijk te maken aan de betrokkene (bij een verzoek om gegevensinzage) wat er concreet is gebeurd bij een gegevensverwerkingsactie, wordt een operationName gedefinieerd. Zie ook artikel 4 van de AVG, waarin de definitie van ‘verwerking’ wordt genoemd: |
een bewerking of een geheel van bewerkingen met betrekking tot persoonsgegevens, al dan niet uitgevoerd via geautomatiseerde procedés, zoals het verzamelen, vastleggen, ordenen, structureren, opslaan, bijwerken of wijzigen, opvragen, raadplegen, gebruiken, verstrekken door middel van doorzending, verspreiden of op andere wijze ter beschikking stellen, aligneren of combineren, afschermen, wissen of vernietigen van gegevens. | |
Datatype | CharacterString |
Voorbeeld | Opslaan persoonsgegevens |
Verplicht | Ja |
Gebruikt in | Logboek |
Enumeratiewaarden | Niet van toepassing |
Attribuut | Beschrijving |
---|---|
Attribuutnaam | parentDplCoreProcessingActivityId |
Definitie Engels | A parent is one class, and a child is another class that inherits all of the attributes and functions assigned to the parent class. The parentId refers to the parent class. |
Attribuutnaam Nederlands | parentDplCoreVerwerkingsactiviteitId |
Definitie Nederlands | Een parent is één klasse, en een child is een andere klasse die alle attributen en functies overerft die aan de bovenliggende klasse zijn toegewezen. De parentId verwijst naar de bovenliggende klasse. |
Toelichting | Een verwerkingsactiviteit kan onderdeel zijn een andere verwerkingsactiviteit. Op deze manier ontstaat er een hiërarchie van verwerkingsactiviteiten. |
Noodzakelijkheid | Een bepaalde verwerkingsactiviteit kan een onderdeel zijn van een andere verwerkingsactiviteit. Door gebruik te maken van een ‘parent/child’-structuur, hoeven er geen nieuwe attributen gedefinieerd te worden om een hiërarchie van verwerkingsactiviteiten te creëren. |
Datatype | URI |
Voorbeeld | 6e8bc430-9c3a-11d9-9669-0800200c9a66 |
Verplicht | Ja |
Gebruikt in | Register en Logboek |
Enumeratiewaarden | Niet van toepassing |
Attribuut | Beschrijving |
---|---|
Attribuutnaam | parentOperationId |
Definitie Engels | A parent is one class, and a child is another class that inherits all of the attributes and functions assigned to the parent class. The parentId refers to the parent class. |
Attribuutnaam Nederlands | parentActieId |
Definitie Nederlands | Een parent is één klasse, en een child is een andere klasse die alle attributen en functies overerft die aan de bovenliggende klasse zijn toegewezen. De parentId verwijst naar de bovenliggende klasse. |
Toelichting | Een gegevensverwerkingsactie kan onderdeel zijn een andere verwerkingsactie. Op deze manier ontstaat er een hiërarchie van gegevensverwerkingsacties. |
Noodzakelijkheid | Een bepaalde verwerkingsactie kan een onderdeel zijn van een andere verwerkingsactie. Door gebruik te maken van een ‘parent/child’-structuur, hoeven er geen nieuwe attributen gedefinieerd te worden om een hiërarchie van gegevensverwerkingsacties te creëren. |
Datatype | URI |
Voorbeeld | 6e8bc430-9c3a-11d9-9669-0800200c9a66 |
Verplicht | Ja |
Gebruikt in | Logboek |
Enumeratiewaarden | Niet van toepassing |
Attribuut | Beschrijving |
---|---|
Attribuutnaam | personalDataCategories |
Definitie Engels | Category of information relating to an identified or identifiable natural person (‘data subject’); an identifiable natural person is one who can be identified, directly or indirectly, in particular by reference to an identifier such as a name, an identification number, location data, an online identifier, or to one or more factors specific to the physical, physiological, genetic, mental, economic, cultural or social identity of that natural person. |
Attribuutnaam Nederlands | categorieënPersoonsgegevens |
Definitie Nederlands | Categorieën van Persoonsgegevens zijn alle gegevens die betrekking hebben op een geïdentificeerde of identificeerbare levende natuurlijke persoon. Losse gegevens die samengevoegd kunnen leiden tot de identificatie van een bepaalde persoon vormen ook persoonsgegevens. |
Toelichting | Verwerking van persoonsgegevens waaruit ras of etnische afkomst, politieke opvattingen, religieuze of levensbeschouwelijke overtuigingen, of het lidmaatschap van een vakbond blijken, en verwerking van genetische gegevens, biometrische gegevens met het oog op de unieke identificatie van een persoon, of gegevens over gezondheid, of gegevens met betrekking tot iemands seksueel gedrag of seksuele gerichtheid zijn verboden. |
Noodzakelijkheid | In AVG artikel 30-1c wordt de volgende maatregel benoemd: Elke verantwoordelijke en, in voorkomend geval, de vertegenwoordiger van de verantwoordelijke houdt een register van de verwerkingsactiviteiten die onder hun verantwoordelijkheid plaatsvinden. Dat register bevat alle volgende gegevens: een beschrijving van de categorieën van betrokkenen en van de categorieën van persoonsgegevens. |
Datatype | Enumwaarde |
Voorbeeld | Nummer van identiteitskaart |
Verplicht | Ja |
Gebruikt in | Register |
Enumeratiewaarden | Afhankelijk van het type systeem en betrokken actoren. Er kunnen meerdere categorieën van toepassing zijn. |
Attribuut | Beschrijving |
---|---|
Attribuutnaam | purpose |
Definitie Engels | Personal data may only be processed for specified, explicit and legitimate purposes and may not be further processed in a manner incompatible with those purposes. |
Attribuutnaam Nederlands | doelEinde |
Definitie Nederlands | Persoonsgegevens mogen slechts worden verwerkt voor welbepaalde, uitdrukkelijk omschreven en gerechtvaardigde doeleinden en mogen vervolgens niet verder op een met die doeleinden onverenigbare wijze worden verwerkt. |
Toelichting | Persoonsgegevens mogen alleen verwerken als je vóóraf de specifieke doeleinden voor de verwerking bepaald zijn. |
Noodzakelijkheid | In AVG artikel 5-1b wordt de volgende maatregel benoemd: Persoonsgegevens moeten: voor welbepaalde, uitdrukkelijk omschreven en gerechtvaardigde doeleinden worden verzameld en mogen vervolgens niet verder op een met die doeleinden onverenigbare wijze worden verwerkt; de verdere verwerking met het oog op archivering in het algemeen belang, wetenschappelijk of historisch onderzoek of statistische doeleinden wordt overeenkomstig artikel 89, lid 1, niet als onverenigbaar met de oorspronkelijke doeleinden beschouwd („doelbinding”). |
Datatype | CharacterString |
Voorbeeld | Het aanvragen, afgeven en innemen van reisdocumenten en het verwerken van kennisgevingen van het in het buitenland afgegeven reisdocumenten. |
Verplicht | Ja |
Gebruikt in | Register |
Enumeratiewaarden | Niet van toepassing |
Attribuut | Beschrijving |
---|---|
Attribuutnaam | recipientsCategories |
Definitie Engels | Categories of natural or legal person, public authority, agency or another body, to which the personal data are disclosed, whether a third party or not. |
Attribuutnaam Nederlands | categorieënOntvangers |
Definitie Nederlands | Categorieën van natuurlijke of rechtspersonen, overheidsinstanties, agentschap of andere instanties waaraan de persoonsgegevens worden bekendgemaakt, al dan niet een derde partij. |
Toelichting | - |
Noodzakelijkheid | In AVG artikel 30-1d wordt de volgende maatregel benoemd: Elke verantwoordelijke en, in voorkomend geval, de vertegenwoordiger van de verantwoordelijke houdt een register van de verwerkingsactiviteiten die onder hun verantwoordelijkheid plaatsvinden. Dat register bevat alle volgende gegevens: de categorieën van ontvangers aan wie de persoonsgegevens zijn of zullen worden verstrekt, onder meer ontvangers in derde landen of internationale organisaties. |
Datatype | Enumwaarde |
Voorbeeld | Aanvragers, rechthebbenden |
Verplicht | Ja |
Gebruikt in | Register |
Enumeratiewaarden | Afhankelijk van het type systeem en betrokken actoren. Er kunnen meerdere categorieën van toepassing zijn. |
Attribuut | Beschrijving |
---|---|
Attribuutnaam | resource.attribute |
Definitie Engels | Attributes in the form of key value pairs. |
Attribuutnaam Nederlands | informatiebron.attribuut |
Definitie Nederlands | Attribuutsoorten in de vorm van key value pairs. |
Toelichting | Organisaties hebben de vrijheid om zelf key value pairs te bepalen als dit bijdraagt aan de inzichtelijkheid voor de logging van een gegevensverwerkingsactie. Naast naam en versie van de informatiebron, kan de organisatie andere attribuutsoorten definiëren ten aanzien van de informatiebron. |
Noodzakelijkheid | In AVG grond 61 wordt de volgende maatregel benoemd: De informatie over de verwerking van persoonsgegevens betreffende de betrokkene dient hem te worden meegedeeld bij het verzamelen bij de betrokkene van de gegevens of, indien de gegevens uit een andere bron zijn verkregen, binnen een redelijke termijn, die afhangt van de omstandigheden van het geval. Wanneer de persoonsgegevens rechtmatig aan een andere ontvanger kunnen worden verstrekt, dient de betrokkene te worden meegedeeld wanneer de persoonsgegevens voor het eerst aan de ontvanger worden verstrekt. Wanneer de verantwoordelijke voornemens is de persoonsgegevens te verwerken met een ander doel dan dat waarvoor zij zijn verzameld, moet de verantwoordelijke de betrokkene vóór die verdere verwerking informatie over dat andere doel en andere noodzakelijke informatie verstrekken. Wanneer de oorsprong van de persoonsgegevens niet aan de betrokkene kan worden meegedeeld omdat verschillende bronnen zijn gebruikt, moet algemene informatie worden verstrekt. De organisatie kan meerdere attribuutsoorten definiëren indien dit preciezere informatie oplevert ten aanzien van de gegevensbron. |
Datatype | - |
Voorbeeld | - |
Verplicht | Nee |
Gebruikt in | Logboek |
Enumeratiewaarden | - |
Attribuut | Beschrijving |
---|---|
Attribuutnaam | resource.name |
Definitie Engels | Name of any tangible or intangible asset capable of generating, transmitting, receiving, processing, or representing data in electronic form, where the asset is owned, licensed, operated, managed, or made available by, or otherwise used by, a data processing organisation. |
Attribuutnaam Nederlands | informatiebron.naam |
Definitie Nederlands | Naam van een materieel of immaterieel bezit dat gegevens in elektronische vorm kan genereren, verzenden, ontvangen, verwerken of vertegenwoordigen, waarbij het actief eigendom is van, in licentie is gegeven, wordt geëxploiteerd, beheerd of beschikbaar wordt gesteld door, of anderszins wordt gebruikt door, een gegevensverwerkingsorganisatie. |
Toelichting | Naam (name) is een attribuutsoort van het objecttype Informatiebron (Resource). |
Noodzakelijkheid | In AVG grond 61 wordt de volgende maatregel benoemd: De informatie over de verwerking van persoonsgegevens betreffende de betrokkene dient hem te worden meegedeeld bij het verzamelen bij de betrokkene van de gegevens of, indien de gegevens uit een andere bron zijn verkregen, binnen een redelijke termijn, die afhangt van de omstandigheden van het geval. Wanneer de persoonsgegevens rechtmatig aan een andere ontvanger kunnen worden verstrekt, dient de betrokkene te worden meegedeeld wanneer de persoonsgegevens voor het eerst aan de ontvanger worden verstrekt. Wanneer de verantwoordelijke voornemens is de persoonsgegevens te verwerken met een ander doel dan dat waarvoor zij zijn verzameld, moet de verantwoordelijke de betrokkene vóór die verdere verwerking informatie over dat andere doel en andere noodzakelijke informatie verstrekken. Wanneer de oorsprong van de persoonsgegevens niet aan de betrokkene kan worden meegedeeld omdat verschillende bronnen zijn gebruikt, moet algemene informatie worden verstrekt. |
Datatype | CharacterString |
Voorbeeld | Vergunningenadministratie |
Verplicht | Ja |
Gebruikt in | Logboek |
Enumeratiewaarden | Niet van toepassing |
Attribuut | Beschrijving |
---|---|
Attribuutnaam | resource.version |
Definitie Engels | Version of any tangible or intangible asset capable of generating, transmitting, receiving, processing, or representing data in electronic form, where the asset is owned, licensed, operated, managed, or made available by, or otherwise used by, a data processing organisation. |
Attribuutnaam Nederlands | informatiebron.versie |
Definitie Nederlands | Naam van een materieel of immaterieel bezit dat gegevens in elektronische vorm kan genereren, verzenden, ontvangen, verwerken of vertegenwoordigen, waarbij het actief eigendom is van, in licentie is gegeven, wordt geëxploiteerd, beheerd of beschikbaar wordt gesteld door, of anderszins wordt gebruikt door, een gegevensverwerkingsorganisatie. |
Toelichting | Versie (version) is een attribuutsoort van het objecttype Informatiebron (Resource). |
Noodzakelijkheid | In AVG grond 61 wordt de volgende maatregel benoemd: De informatie over de verwerking van persoonsgegevens betreffende de betrokkene dient hem te worden meegedeeld bij het verzamelen bij de betrokkene van de gegevens of, indien de gegevens uit een andere bron zijn verkregen, binnen een redelijke termijn, die afhangt van de omstandigheden van het geval. Wanneer de persoonsgegevens rechtmatig aan een andere ontvanger kunnen worden verstrekt, dient de betrokkene te worden meegedeeld wanneer de persoonsgegevens voor het eerst aan de ontvanger worden verstrekt. Wanneer de verantwoordelijke voornemens is de persoonsgegevens te verwerken met een ander doel dan dat waarvoor zij zijn verzameld, moet de verantwoordelijke de betrokkene vóór die verdere verwerking informatie over dat andere doel en andere noodzakelijke informatie verstrekken. Wanneer de oorsprong van de persoonsgegevens niet aan de betrokkene kan worden meegedeeld omdat verschillende bronnen zijn gebruikt, moet algemene informatie worden verstrekt. Van sommige informatiebronnen zijn meerdere versies aanwezig. In dit geval is de vermelding van de versie van deze informatiebron een preciezere definitie. |
Datatype | CharacterString |
Voorbeeld | 1.0.1.e |
Verplicht | Ja |
Gebruikt in | Logboek |
Enumeratiewaarden | Niet van toepassing |
Attribuut | Beschrijving |
---|---|
Attribuutnaam | startTime |
Definitie Engels | Timestamp representing the start of a data processing logging action. |
Attribuutnaam Nederlands | startTijd |
Definitie Nederlands | Tijdstempel die het begin van een logboekactie voor gegevensverwerking vertegenwoordigt. |
Toelichting | Een logboekregel wordt pas weggeschreven in het logboek als de volledige transactie (succesvol of niet succesvol) is afgerond. |
Noodzakelijkheid | Bij een inzageverzoek van de Betrokkene ten aanzien van gegevensverwerkingsactie, wordt ook een tijdsspanne gevraagd. Alleen de details van gegevenswerkingactie binnen opgegeven tijdsspanne worden gerapporteerd. Zonder begin- en eindtijd van een gegevensverwerkingactie is het onmogelijk de juiste details op te leveren. |
Datatype | DateTime |
Voorbeeld | 2025-02-23T00:00:00 |
Verplicht | Ja |
Gebruikt in | Logboek |
Enumeratiewaarden | Niet van toepassing |
Attribuut | Beschrijving |
---|---|
Attribuutnaam | statusCode |
Definitie Engels | Indicates whether a request has been processed successfully or not by the server. |
Attribuutnaam Nederlands | statusCode |
Definitie Nederlands | Geeft aan of een verzoek al dan niet met succes door de server is verwerkt. |
Toelichting | Als een geautomatiseerd verzoek correct wordt afgehandeld, dan zal de status 'OK' zijn. Bij een foutmelding (ongeacht het type foutmelding) zal de statusCode 'NOK' zijn. |
Noodzakelijkheid | Indien een gegevensverwerkingactie heeft plaatsgevonden, is het van belang te weten of deze verwerkingsactie gelukt is of niet. Zonder de statuscode kan er niet worden gerapporteerd aan een betrokkene of een wijziging daadwerkelijk heeft plaatsgevonden. |
Datatype | Enumwaarde |
Voorbeeld | OK |
Verplicht | Ja |
Gebruikt in | Logboek |
Enumeratiewaarden | 0: Unknown 1: OK 2: NOK |
Attribuut | Beschrijving |
---|---|
Attribuutnaam | traceId |
Definitie Engels | Unique identifier of the request in the system, which adds the possibility of tracing the history of the request in detail. |
Attribuutnaam Nederlands | traceerId |
Definitie Nederlands | Unieke identificatie van een bericht in het systeem, waarmee de mogelijkheid ontstaat om de geschiedenis van het bericht in detail te volgen. |
Toelichting | Een trace is het proces waarbij informatie wordt vastgelegd over de stroom van transacties of verzoeken van een applicatie of systeem. Logboekregistratie is doorgaans breder van opzet en legt een breder scala aan gebeurtenissen vast, terwijl tracering meer specifieke informatie biedt over het uitvoeringspad van individuele verzoeken. |
Noodzakelijkheid | De traceId is de unieke factor die alle (sub)gegevenswerkingsacties die betrekking hebben op een (hoofd)gegevensverwerkingactie aan elkaar verbindt. Zonder de traceId kan een totaal aan elkaar gelieerde gegevensverwerkingsacties niet worden gerapporteerd. |
Datatype | URI |
Voorbeeld | 6e8bc430-9c3a-11d9-9669-0800200c9a66 |
Verplicht | Ja |
Gebruikt in | Logboek |
Enumeratiewaarden | Niet van toepassing |
Deze sectie is tijdelijk en niet normatief, bedoeld om informatie te geven over achterliggende afwegingen bij de standaard.
In de definitieve standaard wordt deze lijst niet opgenomen, omdat veel afwegingen specifiek zijn voor de context van de Nederlandse overheid waarin deze standaard is ontstaan. De standaard is breder inzetbaar, en voor de implementatie is het niet relevant om de afwegingen bij alle aspecten van de standaard in de context van de Nederlandse overheid te kennen.
Een aantal besluiten en overweging hebben relatie met het Juridische Beleidskader
Dit onderdeel is niet normatief.
Vanuit de wens om zoveel mogelijk context vast te leggen om zo een compleet beeld te schetsen van wat er is gebeurd rond een Dataverwerking kan de neiging ontstaan om informatie uit andere organisaties vast te leggen in de logregels.
Hierdoor kom je (juridisch gezien) al snel in lastig vaarwater. Er worden dan zaken vastgelegd die niet noodzakelijk zijn voor het verantwoorden van het handelen. Het is namelijk mogelijk om een compleet beeld te krijgen door de informatie te laten in de organisatie waar een dataverwerking is uitgevoerd. Vanuit het oogpunt van dataminimalisatie is dit een betere oplossing.
Voor de uitoefening van het Inzagerecht is de consequentie dat de Betrokkene informatie uit alle organisaties moet ophalen en deze volgens een paar relatief eenvoudige businessrules aan elkaar moet relateren voor het verkrijgen van een compleet beeld. Dit kan door alle organisaties te bevragen, of door gericht bij één organisatie te beginnen en vervolgens de URI's te volgen naar Logregels in andere organisaties.
Het kan zijn dat organisatie A de logs wel op orde heeft, en organisatie B (nog) niet. Dan is het resultaat dat geen compleet beeld kan worden gegeven. Daarmee komt de prikkel tot verbetering op de juiste plek, namelijk bij de organisatie die het Logboek nog niet op orde heeft.
Logregels bevatten alleen wat nodig is voor verantwoording door de Verantwoordelijke.
Dit onderdeel is niet normatief.
Om logs zo begrijpelijk mogelijk te maken is het aantrekkelijk om de benodigde informatie redundant weg te schrijven in elk logrecord, zodat er geen afhankelijkheid bestaat van andere bronnen.
Dit heeft nadelen, zoals:
In de gewenste situatie:
Met name het wegschrijven van logs kan op deze manier met hogere performance worden uitgevoerd. Dit kan nog verder worden geoptimaliseerd door niet te vereisen dat dit middels REST API calls gebeurt, maar een interface te definiëren die kan worden geïmplementeerd met bijvoorbeeld gRPC of andere streaming protocollen.
Wanneer het aan de gebruiker is om in de software die de Logboek API aanroept de namen van acties, de vetrouwelijkheid en de bewaartermijn te bepalen, zal de invulling daarvan op allerlei manieren uiteen gaan lopen. Door dit in het RvVA te bepalen zal eerder uniformering plaatsvinden. De vulling van RvVA's kan waarschijnlijk zelfs in hoge mate gestandaardiseerd worden.
Met meer gestandaardiseerde namen en bewaartermijnen en een eenduidige omgang met vertrouwelijkheid is het ook eenvoudiger om eenduidige te communiceren naar de Betrokkene. Bijvoorbeeld: een portaal dat aan de Betrokkene toont hoe de persoonsgegevens zijn verwerkt, is lastig vorm te geven wanneer in de praktijk blijkt dat software-leveranciers verschillende interpretaties hebben van het niveau waarbij sprake is van een verwerking, handeling of actie. Eenduidige interpretatie is cruciaal, en dit kan waarschijnlijk alleen in het RvVA.
Overigens werkt het conceptueel wél wanneer men geen API op het RvVA aanbiedt, deze link kan ook handmatig worden gelegd iedere keer als deze informatie nodig is, en het RvVA bijvoorbeeld alleen bestaat als Excel document.
Logregels bevatten geen informatie over Verwerkingsactiviteiten en Verantwoordelijkheden die al vastliggen in een Register
Met de volgende sequentie diagrammen wordt in beeld gebracht wat de gevolgen zijn voor de diverse flows in het gebruik van de standaard.
Het wegschrijven van een verwerking in de log-API is uiterst simpel:
Deze transactie is geoptimaliseerd op eenvoud en snelheid, want deze heeft rechtstreeks invloed op de snelheid van verwerkingen. Deze transactie moet schaalbaar zijn naar bijv. tienduizenden transacties per seconde.
Om verwerkingen op een significante manier te tonen aan bijvoorbeeld een Betrokkene, is het noodzakelijk om gegevens op te vragen uit zowel de logs als het RvVA. Deze flow mag wat complexer zijn, omdat deze niet voor alle vastgelegde data wordt uitgevoerd en het belang van de bevraging rechtvaardigt dat een bevraging wat langer kan duren.
Dit onderdeel is niet normatief.
Logregels moeten op enig moment worden verwijderd. Wanneer?
Voor vrijwel alle vastgelegde gegevens geldt dat deze op enig moment moeten worden vernietigd of overgebracht naar een archief. Dit geldt ook voor Logregels.
Anders dan bij gegevens over rechtsfeiten zullen Logregels typisch allemaal dezelfde bewaartermijn hebben. Het kan zijn dat de Dataverwerking waar het logrecord betrekking op heeft leidt tot gegevens waarvoor complexe bewaartermijnen gelden (bijvoorbeeld een dynamische termijn die duurt totdat Betrokkene is overleden gevolgd door een statische termijn van enkele tientallen jaren). De Logregels die de Dataverwerking beschrijven kennen deze complexe bewaartermijn niet, deze kunnen statisch zijn en generiek worden vastgesteld per organisatie of eventueel per verwerkingsactiviteit. Het is aan de organisatie zelf om daarin keuzes te maken.
Voor samenwerkende organisaties die zich ten doel stellen om gezamenlijk op eenduidige manier te verantwoorden over dataverwerkingen kan het nuttig zijn afspraken voor bewaartermijnen vast te leggen in een Profiel.
Bewaartermijnen worden in het Profiel vastgelegd.
Dit onderdeel is niet normatief.
Om te verantwoorden dat een dataverwerking correct is uitgevoerd is het nodig te weten wie de dataverwerking heeft geïnitieerd, zodat kan worden nagegaan dat dit met de juiste autorisatie is gedaan.
De wens zou kunnen bestaan om in elke logregel vast te leggen welke gebruiker een rol heeft gehad bij de betreffende Dataverwerking.
Echter, de vastlegging van een handeling van een gebruiker als medewerker van een organisatie betreft ook een Dataverwerking die onder de AVG valt, waardoor rechten ontstaan voor de betreffende gebruiker om Inzage te verkrijgen. De vastlegging van de betrokkenheid van de gebruiker is een Dataverwerking op zich. Door een dergelijke vastlegging in de logregels te doen ontstaat een ongewenste recursiviteit.
Ook is de relatie van de gebruiker tot de Dataverwerking niet eenvoudig eenduidig te modelleren, o.a. omdat bij een enkele Dataverwerking meerdere gebruikers in meerdere rollen betrokken kunnen zijn.
Daarnaast kan het goed zijn dat de Dataverwerking in het Audit Log (Een log file die activiteiten van gebruikers, uitzonderingen en informatiebeveiligingsgebeurtenissen vastgelegd. Dit is o.a. vanuit BIO verplicht) onder een andere Verantwoordelijke valt dan de Dataverwerking die op dat moment door de gebruiker wordt uitgevoerd. Bijvoorbeeld:
Het is daarom zuiverder om een andere oplossing te kiezen, namelijk:
Let wel, deze Dataverwerking is een andere Dataverwerking dan de Dataverwerking die op dat moment wordt uitgevoerd door de Gebruiker, heeft een eigen Trace Context, en wordt gerelateerd aan een andere Verwerkingsactiviteit.
In logregels worden geen identificerende gegevens over gebruikers van de Applicaties vastgelegd.
Dit onderdeel is niet normatief.
Logregels moeten op enig moment worden vernietigd. Moet er een interface in de standaard worden gedefinieerd voor het verwijderen van vastgelegde Logregels?
De wijze waarop Logregels worden weggeschreven is sterk afhankelijk van de keuzes die een organisatie maakt bij de implementatie van de standaard.
Interoperabiliteit is daarbij niet relevant, omdat het wijzigen of verwijderen van Logregels niet gebeurt vanuit de applicatie die oorspronkelijk de dataverwerking uitvoerde en het wegschrijven van het logrecord veroorzaakte. Wijzigen en verwijderen gebeurt vanuit een beheercomponent. Deze zijn vaak hard gekoppeld aan de voor logging gekozen oplossing, waardoor het voorschrijven van een interface tot onnodige complexiteit leidt.
Dit onderdeel is niet normatief.
Alle verwerkingen worden gelogd. Een deel van deze verwerkingen mag bekend worden bij Betrokkenen, een deel niet. Hoe moet dit onderscheid geïmplementeerd worden?
Voorbeeld:
Er zijn meerdere oplossingen denkbaar. Wat is de gewenste oplossingsrichting, hoe wordt deze gespecificeerd?
Mogelijke oplossingsrichtingen:
Overwegingen:
Vertrouwelijke verwerkingen moeten meer strikt gescheiden moeten worden van niet-vertrouwelijke verwerkingen. Als een bevraging zowel vertrouwelijk als niet-vertrouwelijk kan zijn, zoals bij het opvragen van eigenaargegevens van een voertuig, moeten hiervoor twee gescheiden processen bestaan. De vertrouwelijke variant moet apart worden gelogd en aan strengere regels voldoen. Dit omvat bijvoorbeeld eisen aan betrokken beheerders, de classificatie van gegevens en andere specifieke voorschriften.
Pogingen om het geschetste probleem op te lossen door op logrecord-niveau vast te leggen of een verwerking vertrouwelijk is leiden tot veel complexiteit en uitzonderingsgevallen in de implemenentatie van de standaard. Een aantal voorbeelden van ongewenste complexiteit:
Bovendien geldt dat Overheidsorganisatie B op impliciete wijze zou leren dat Betrokkene X onderwerp is van een opsporingsonderzoek, terwijl dit beter op expliciete wijze geregeld kan worden. Door het expliciet te regelen kan Overheidsorganisatie B alle benodigde maatregelen nemen om te zorgen dat de vertrouwelijkheid ook in die organisatie geborgd is.
Vertrouwelijkheid wordt vastgelegd per Verwerkingsactiviteit
Dit onderdeel is niet normatief.
In de Logregels staat zo min mogelijk inhoudelijke informatie. Informatie over verwerkingsactiviteiten ligt vast in specifieke registers.
De standaard voor logging moet functioneren gegeven bovenstaande feiten.
De link naar de uitwerking van een verwerkingsactiviteit bestaat uit een identifier en daarnaast een URI, URL of URN, in de vorm van key value pairs. Eventuele nadere invulling voor het verwijzen naar specifieke Registers (zoals het RvVA) wordt uitgewerkt in extensies.
Door de verwijzingen naar de registers los te houden van de Registers wordt voorkomen dat er in de logs directe afhankelijkheden ontstaan van de registers.
Dit onderdeel is niet normatief.
Een bij logging veelgebruikte techniek is het zogenaamde 'Log Samplen', waarbij bijvoorbeeld slechts 1 op de 10 of 1 op de 100 acties die een log zouden veroorzaken daadwerkelijk worden weggeschreven. Dit wordt gedaan uit overwegingen van performance, opslagruimte en/of kosten. Voor veel toepassingen is het voldoende om uit deze logs trends te destilleren om zo fouten op te sporen of voorstellen voor verbetering te kunnen doen.
Wanneer dit zou worden toegepast bij onderhanden standaard, zou kunnen worden betoogd dat verantwoording nog altijd slaagt, omdat data voor een relevante, gerandomiseerde steekproef beschikbaar is. Echter, gelet op het belang van de verantwoording, en de wettelijke verplichtingen waaraan met de standaard invulling wordt gegeven, is dit onwenselijk voor het Logboek Dataverwerkingen. De Logregels vormen o.a. de basis voor de Informatieplicht en het Inzagerecht uit de AVG. Daarvoor is het nodig om over iedere Dataverwerking metagegevens vast te leggen.
Log Sampling is niet toegestaan.
In dit hoofdstuk worden er voorbeelden beschreven van hoe de standaard gebruikt kan worden in verschillende scenario's om de lezer een beter beeld te geven van de standaard in zijn echte werking. Hierbij zijn er vier voorbeelden met elk een schets van de situatie, de uitgangspunten, het globale proces, de relatie tussen gegevens, de relatie met het Logboek Dataverwerkingen en het gedrag van de applicatie.
Een persoon heeft bij een gemeente een parkeervergunning in gebruik en wil de gegevens van deze vergunning bekijken.
Schematisch ziet dit proces er als volgt uit:
De volgende gegevens worden gelogd in de diverse logmomenten:
Log opvragenVergunningen (log vergunningenapplicatie):
Attribuut | Waarde |
---|---|
operationId | 8451dcd9ede037cb |
operationName | opvragenVergunningen |
parentOperationId | <leeg> |
traceId | ccf5064a324163ed939bfa09c2bcb210 |
startTime | 2024-05-30 08:40:37.000 |
endTime | 2024-05-30 08:40:37.000 |
statusCode | OK |
resource.name | Parkeeradmin |
resource.version | 2.1.6 |
receiver | <leeg> |
attributeKey | dplCoreProcessingActivityId |
attributeValue | rva:12f2ec2a-0cc4-3541-9ae6-219a178fcfe4 |
attributeKey | <leeg> |
attributeValue | <leeg> |
foreignOperation.traceId | c7a26dcd0bee0c8900e2174c43c3393c |
foreignOperation.operationId | 9f8971bfd093637d |
Log opvragenVergunningen (log gemeente)
Attribuut | Waarde |
---|---|
operationId | 9f8971bfd093637d |
operationName | tonenVergunningen |
parentOperationId | <leeg> |
traceId | c7a26dcd0bee0c8900e2174c43c3393c |
startTime | 2024-05-30 10:40:37.821 |
endTime | 2024-05-30 10:40:37.845 |
statusCode | OK |
resource.name | MijnOmgeving |
resource.version | 1.0.5 |
receiver | 27fdey98605etc48 |
attributeKey | dplCoreProcessingActivityId |
attributeValue | rva:11x2ec2a-0774-3541-9b16-21ba179fcf15 |
attributeKey | dplCoreDataSubjectId |
attributeValue | rva:13j2ec27-0cc4-3541-9av6-219a178fcfe5 |
Om uiteindelijk alle gegevens te kunnen rapporteren, is het van belang dat gegevens op een bepaalde manier aan elkaar gekoppeld zijn. In dit voorbeeld zijn de gegevens op de volgende manier gekoppeld:
De relatie met de doelstellingen die gesteld zijn in de standaard Logboek dataverwerkingen worden, op basis van dit voorbeeld, als volgt concreet gerealiseerd:
Standaard Logverwerkingen: paragraaf 3.3.1 Gedrag
Een persoon heeft bij een gemeente een parkeervergunning in gebruik en wil de gegevens van het kenteken van deze vergunning wijzigen.
Schematisch ziet dit proces er als volgt uit:
De volgende gegevens worden gelogd in de diverse logmomenten:
1. Log opvragenVergunningen (log vergunningenapplicatie):
Attribuut | Waarde |
---|---|
operationId | 8ee7b01aca8d01d9 |
operationName | opvragenVergunningen |
parentOperationId | <leeg> |
traceId | c6adf4df949d03c662b53e95debdc411 |
startTime | 2024-07-29 08:16:49.000 |
endTime | 2024-07-29 08:16:49.000 |
statusCode | OK |
resource.name | Parkeeradmin |
resource.version | 2.1.6 |
receiver | <leeg> |
attributeKey | dplCoreProcessingActivityId |
attributeValue | 12f2ec2a-0cc4-3541-9ae6-219a178fcfe4 |
attributeKey | <leeg> |
attributeValue | <leeg> |
foreignOperation.traceId | bc9126aaae813fd491ee10bf870db292 |
foreignOperation.operationId | b2e339a595246e01 |
2. Log tonenVergunningen (log gemeente)
Attribuut | Waarde |
---|---|
operationId | b2e339a595246e01 |
operationName | tonenVergunningen |
parentOperationId | <leeg> |
traceId | bc9126aaae813fd491ee10bf870db292 |
startTime | 2024-07-29 10:16:49.690 |
endTime | 2024-07-29 10:16:49.723 |
statusCode | OK |
resource.name | MijnOmgeving |
resource.version | 1.0.5 |
receiver | 27fdey98605etc48 |
attributeKey | dplCoreProcessingActivityId |
attributeValue | 11x2ec2a-0774-3541-9b16-21ba179fcf15 |
attributeKey | dplCoreDataSubjectId |
attributeValue | 13j2ec27-0cc4-3541-9av6-219a178fcfe5 |
3. Log controlerenKenteken (log RDW)
Attribuut | Waarde |
---|---|
operationId | 433f276975204ccf |
operationName | controlerenKenteken |
parentOperationIdcontrolerenKenteken | <leeg> |
traceId | 8ccfd3c567c51d68937c263e00a352be |
startTime | 2024-07-29 08:17:02 |
endTime | 2024-07-29 08:17:02 |
statusCode | OK |
resource.name | BRV |
resource.version | 2.0 |
receiver | <leeg> |
attributeKey | dplCoreProcessingActivityId |
attributeValue | 8c714e4a-a538-36f7-8b1f-37a6884cc68c |
attributeKey | dplCoreDataSubjectId |
attributeValue | <leeg> |
foreignOperation.traceId | f176a58de7fe249ea37ed4f5979da02b |
foreignOperation.operationId | 414514cf1d40d6b2 |
4. Log controlerenKenteken (log vergunningenapplicatie)
Attribuut | Waarde |
---|---|
operationId | 414514cf1d40d6b2 |
operationName | controlerenKenteken |
parentOperationId | 7a95b6989d2b28c7 |
traceId | f176a58de7fe249ea37ed4f5979da02b |
startTime | 2024-07-29 08:17:02.000 |
endTime | 2024-07-29 08:17:02.000 |
statusCode | OK |
resource.name | Parkeeradmin |
resource.version | 2.1.6 |
receiver | <leeg> |
attributeKey | dplCoreProcessingActivityId |
attributeValue | 19u2dd2a-0cb7-3541-9ae6-217a178fc9e6 |
attributeKey | dplCoreDataSubjectId |
attributeValue | <leeg> |
foreignOperation.traceId | 8a1325a32aef8de4ffba7d7c931eeaec |
foreignOperation.operationId | ba7cac7ca0489e42 |
5. Log wijzigenKenteken (log vergunningenapplicatie)
Attribuut | Waarde |
---|---|
operationId | 7a95b6989d2b28c7 |
operationName | wijzigenKenteken |
parentOperationId | <leeg> |
traceId | f176a58de7fe249ea37ed4f5979da02b |
startTime | 2024-07-29 08:17:02.000 |
endTime | 2024-07-29 08:17:02.000 |
statusCode | OK |
resource.name | Parkeeradmin |
resource.version | 2.1.6 |
receiver | <leeg> |
attributeKey | dplCoreProcessingActivityId |
attributeValue | 0b1ff20a-3ecb-34bf-8cf5-e4cbacb046ab |
attributeKey | dplCoreDataSubjectId |
attributeValue | <leeg> |
foreignOperation.traceId | c0a7a38d56f3f16a2163ca0071d3779a |
foreignOperation.operationId | df524ee2a3fd5ddf |
6. Log wijzigenKenteken (log gemeente)
Attribuut | Waarde |
---|---|
operationId | df524ee2a3fd5ddf |
operationName | wijzigenKenteken |
parentOperationId | <leeg> |
traceId | c0a7a38d56f3f16a2163ca0071d3779a |
startTime | 2024-07-29 10:17:02.010 |
endTime | 2024-07-29 10:17:02.039 |
statusCode | OK |
resource.name | MijnOmgeving |
resource.version | 1.0.5 |
receiver | 27fdey98605etc48 |
attributeKey | dplCoreProcessingActivityId |
attributeValue | 12c21c2a-0875-3543-9b16-21ja179fcf16 |
attributeKey | dplCoreDataSubjectId |
attributeValue | 13j2ec27-0cc4-3541-9av6-219a178fcfe5 |
foreignOperation.traceId | <leeg> |
foreignOperation.operationId | <leeg> |
7. Log opvragenVergunningen (log vergunningenapplicatie)
Attribuut | Waarde |
---|---|
operationId | 6042d706f53fec76 |
operationName | opvragenVergunningen |
parentOperationId | <leeg> |
traceId | c6c2d53a5762d47779c57057d7983311 |
startTime | 2024-07-29 08:17:02.000 |
endTime | 2024-07-29 08:17:02.000 |
statusCode | OK |
resource.name | Parkeeradmin |
resource.version | 2.1.6 |
receiver | <leeg> |
attributeKey | dplCoreProcessingActivityId |
attributeValue | 12f2ec2a-0cc4-3541-9ae6-219a178fcfe4 |
attributeKey | <leeg> |
attributeValue | <leeg> |
foreignOperation.traceId | 8a1325a32aef8de4ffba7d7c931eeaec |
foreignOperation.operationId | ba7cac7ca0489e42 |
8. Log tonenVergunningen (log gemeente)
Attribuut | Waarde |
---|---|
operationId | ba7cac7ca0489e42 |
operationName | tonenVergunningen |
parentOperationId | <leeg> |
traceId | 8a1325a32aef8de4ffba7d7c931eeaec |
startTime | 2024-07-29 10:17:02.274 |
endTime | 2024-07-29 10:17:02.291 |
statusCode | OK |
resource.name | MijnOmgeving |
resource.version | 1.0.5 |
receiver | 27fdey98605etc48 |
attributeKey | dplCoreProcessingActivityId |
attributeValue | 11x2ec2a-0774-3541-9b16-21ba179fcf15 |
attributeKey | dplCoreDataSubjectId |
attributeValue | 13j2ec27-0cc4-3541-9av6-219a178fcfe5 |
Om uiteindelijk alle gegevens te kunnen rapporteren, is het van belang dat gegevens op een bepaalde manier aan elkaar gekoppeld zijn. In dit voorbeeld zijn de gegevens op de volgende manier gekoppeld:
De relatie met de doelstellingen die gesteld zijn in de standaard Logboek dataverwerkingen worden, op basis van dit voorbeeld, als volgt concreet gerealiseerd:
het wegschrijven van logs van dataverwerkingen: In dit voorbeeld is het de betrokkene zelf die via een portaal zijn eigen gegevens kan bekijken en wijzigen. Deze acties zijn gegevensverwerkingen en worden gelogd bij zowel de gemeenteapplicatie (gegevens worden getoond aan de betrokkene) als bij de vergunningenapplicatie (verstrekking specifieke informatie aan de gemeenteapplicatie).
het aan elkaar relateren van logs van dataverwerkingen: Er zijn in dit voorbeeld twee applicaties nodig om het totaal aan gevraagde informatie te kunnen tonen aan de betrokkene. Beide applicaties hebben een logboek voor verwerkte gegevens. Om een totaalbeeld van de gelogde gegevens te kunnen construeren, is een relatie tussen de logs nodig. In dit voorbeeld wordt de koppeling gelegd door het operationId en traceId (gemeentelogboek) te linken aan het foreignOperationId en foreignTraceId (vergunningenlogboek).
het aan elkaar relateren van dataverwerkingen over de grenzen van systemen: Naast het koppelen van logs van diverse applicaties, wordt ook een koppeling gelegd met het Register van verwerkingsactiviteiten. Dit gebeurt per applicatie op basis van het ProcessingActivityId (register) te koppelen aan dplCoreProcessingActivityId (logboek). De diverse registers hebben geen directe koppeling met elkaar.
Deze case beschrijft de binnengemeentelijke verhuizing van een persoon. De beschrijving is functioneel zo eenvoudig mogelijk. De burger komt aan de balie en er is geen sprake van meeverhuizende gezinsleden.
Schematisch ziet dit proces er als volgt uit:
Schematisch ziet dit proces er als volgt uit:
De volgende gegevens worden gelogd in de diverse logmomenten:
1. Log opvragenPersoonsgegevens (log BRP):
Attribuut | Waarde |
---|---|
operationId | 7a22eb38-bca6-463f-9955-54ab040287cb |
operationName | opvragenPersoonsgegevens |
parentOperationId | <leeg> |
traceId | c6adf4df949d03c662b53e95debdc411 |
startTime | 2024-07-29 08:16:49.000 |
endTime | 2024-07-29 08:16:49.000 |
statusCode | OK |
resource.name | BRP |
resource.version | 2.0 |
receiver | <leeg> |
attributeKey | dplCoreProcessingActivityId |
attributeValue | 12f2ec2a-0cc4-3541-9ae6-219a178fcfe4 |
attributeKey | <leeg> |
attributeValue | <leeg> |
foreignOperation.traceId | bc9126aaae813fd491ee10bf870db292 |
foreignOperation.operationId | b2e339a595246e01 |
2. Log tonenNAWGegevens (log gemeente)
Attribuut | Waarde |
---|---|
operationId | b2e339a595246e01 |
operationName | tonenNAWGegevens |
parentOperationId | <leeg> |
traceId | bc9126aaae813fd491ee10bf870db292 |
startTime | 2024-07-29 10:16:49.690 |
endTime | 2024-07-29 10:16:49.723 |
statusCode | OK |
resource.name | Balieapp |
resource.version | 1.0.5 |
receiver | 27fdey98605etc48 |
attributeKey | dplCoreProcessingActivityId |
attributeValue | 11x2ec2a-0774-3541-9b16-21ba179fcf15 |
attributeKey | dplCoreDataSubjectId |
attributeValue | 13j2ec27-0cc4-3541-9av6-219a178fcfe5 |
3. Log wijzigenPersoonsgegevens (log BRP)
Attribuut | Waarde |
---|---|
operationId | 433f276975204ccf |
operationName | wijzigenPersoonsgegevens |
parentOperationId | <leeg> |
traceId | 8ccfd3c567c51d68937c263e00a352be |
startTime | 2024-07-29 08:17:02 |
endTime | 2024-07-29 08:17:02 |
statusCode | OK |
resource.name | BRP |
resource.version | 2.0 |
receiver | <leeg> |
attributeKey | dplCoreProcessingActivityId |
attributeValue | 8c714e4a-a538-36f7-8b1f-37a6884cc68c |
attributeKey | <leeg> |
attributeValue | <leeg> |
foreignOperation.traceId | f176a58de7fe249ea37ed4f5979da02b |
foreignOperation.operationId | 414514cf1d40d6b2 |
4. Log wijzigenPersoonsgegevens (log gemeente)
Attribuut | Waarde |
---|---|
operationId | 414514cf1d40d6b2 |
operationName | wijzigenPersoonsgegevens |
parentOperationId | <leeg> |
traceId | f176a58de7fe249ea37ed4f5979da02b |
startTime | 2024-07-29 08:17:02.000 |
endTime | 2024-07-29 08:17:02.000 |
statusCode | OK |
resource.name | Balieapp |
resource.version | 1.0.5 |
receiver | <leeg> |
attributeKey | dplCoreProcessingActivityId |
attributeValue | 19u2dd2a-0cb7-3541-9ae6-217a178fc9e6 |
attributeKey | dplCoreDataSubjectId |
attributeValue | 13j2ec27-0cc4-3541-9av6-219a178fcfe5 |
foreignOperation.traceId | <leeg> |
foreignOperation.operationId | <leeg> |
5. Log opvragenPersoonsgegevens (log BRP)
Attribuut | Waarde |
---|---|
operationId | 7a95b6989d2b28c7 |
operationName | opvragenPersoonsgegevens |
parentOperationId | <leeg> |
traceId | f176a58de7fe249ea37ed4f5979da02b |
startTime | 2024-07-29 08:17:02.000 |
endTime | 2024-07-29 08:17:02.000 |
statusCode | OK |
resource.name | BRP |
resource.version | 2.0 |
receiver | <leeg> |
attributeKey | dplCoreProcessingActivityId |
attributeValue | 0b1ff20a-3ecb-34bf-8cf5-e4cbacb046ab |
attributeKey | dplCoreDataSubjectId |
attributeValue | <leeg> |
foreignOperation.traceId | c0a7a38d56f3f16a2163ca0071d3779a |
foreignOperation.operationId | df524ee2a3fd5ddf |
6. Log tonenNAWGegevens (log gemeente)
Attribuut | Waarde |
---|---|
operationId | df524ee2a3fd5ddf |
operationName | tonenNAWGegevens |
parentOperationId | <leeg> |
traceId | c0a7a38d56f3f16a2163ca0071d3779a |
startTime | 2024-07-29 10:17:02.010 |
endTime | 2024-07-29 10:17:02.039 |
statusCode | OK |
resource.name | Balieapp |
resource.version | 1.0.5 |
receiver | 27fdey98605etc48 |
attributeKey | dplCoreProcessingActivityId |
attributeValue | 12c21c2a-0875-3543-9b16-21ja179fcf16 |
attributeKey | dplCoreDataSubjectId |
attributeValue | 13j2ec27-0cc4-3541-9av6-219a178fcfe5 |
foreignOperation.traceId | <leeg> |
foreignOperation.operationId | <leeg> |
Om uiteindelijk alle gegevens te kunnen rapporteren, is het van belang dat gegevens op een bepaalde manier aan elkaar gekoppeld zijn. In dit voorbeeld zijn de gegevens op de volgende manier gekoppeld:
De relatie met de doelstellingen die gesteld zijn in de standaard Logboek dataverwerkingen worden, op basis van dit voorbeeld, als volgt concreet gerealiseerd:
Standaard Logverwerkingen: paragraaf 3.3.1 Gedrag
Deze case beschrijft de samenstelling van een huishouding op een bepaald adres. De beschrijving is functioneel zo eenvoudig mogelijk, een burger komt aan de balie en er is geen sprake van wijzigingen in de huishouding.
Schematisch ziet dit proces er als volgt uit:
Schematisch ziet dit proces er als volgt uit:
De volgende gegevens worden gelogd in de diverse logmomenten:
1. Log opvragenPersoonsgegevens (log BRP) persoon 1:
Attribuut | Waarde |
---|---|
operationId | 7a22eb38-bca6-463f-9955-54ab040287cb |
operationName | opvragenPersoonsgegevens |
parentOperationId | <leeg> |
traceId | c6adf4df949d03c662b53e95debdc411 |
startTime | 2024-07-29 08:16:49.000 |
endTime | 2024-07-29 08:16:49.000 |
statusCode | OK |
resource.name | BRP |
resource.version | 2.0 |
receiver | <leeg> |
attributeKey | dplCoreProcessingActivityId |
attributeValue | 12f2ec2a-0cc4-3541-9ae6-219a178fcfe4 |
foreignOperation.traceId | bc9126aaae813fd491ee10bf870db292 |
foreignOperation.operationId | b2e339a595246e01 |
BSN 1 | <leeg> |
attributeKey | dplCoreDataSubjectId |
attributeValue | ddj2ey299-0cf4-3541-9ar6-21ia178fcfrr |
operationId | r2e3229059BG246e01 |
parentOperationId | 7a22eb38-bca6-463f-9955-54ab040287cb |
2. Log opvragenPersoonsgegevens (log BRP) persoon 2:
Attribuut | Waarde |
---|---|
operationId | 7a22eb38-bca6-463f-9955-54ab040287cb |
operationName | opvragenPersoonsgegevens |
parentOperationId | <leeg> |
traceId | c6adf4df949d03c662b53e95debdc411 |
startTime | 2024-07-29 08:16:49.000 |
endTime | 2024-07-29 08:16:49.000 |
statusCode | OK |
resource.name | BRP |
resource.version | 2.0 |
receiver | <leeg> |
attributeKey | dplCoreProcessingActivityId |
attributeValue | 12f2ec2a-0cc4-3541-9ae6-219a178fcfe4 |
foreignOperation.traceId | bc9126aaae813fd491ee10bf870db292 |
foreignOperation.operationId | b2e339a595246e01 |
BSN 2 | <leeg> |
attributeKey | dplCoreDataSubjectId |
attributeValue | f4j2ey299-3er4-3aa41-9ar6-21ia178fc3tyy |
operationId | 9as5y3t-3ca7-463f-wwt9a5-54ab0402rft |
parentOperationId | 7a22eb38-bca6-463f-9955-54ab040287cb |
3. Log tonenNAWGegevens (log gemeente) persoon 1:
Attribuut | Waarde |
---|---|
operationId | b2e339a595246e01 |
operationName | tonenNAWGegevens |
parentOperationId | <leeg> |
traceId | bc9126aaae813fd491ee10bf870db292 |
startTime | 2024-07-29 10:16:49.690 |
endTime | 2024-07-29 10:16:49.723 |
statusCode | OK |
resource.name | Balieapp |
resource.version | 1.0.5 |
receiver | 27fdey98605etc48 |
attributeKey | dplCoreProcessingActivityId |
attributeValue | 11x2ec2a-0774-3541-9b16-21ba179fcf15 |
BSN 1 | <leeg> |
attributeKey | dplCoreDataSubjectId |
attributeValue | 13j2ec27-0cc4-3541-9av6-219a178fcfe5 |
operationId | 42f33gfa595246ert |
parentOperationId | b2e339a595246e01 |
4. Log tonenNAWGegevens (log gemeente) persoon 2:
Attribuut | Waarde |
---|---|
operationId | b2e339a595246e01 |
operationName | tonenNAWGegevens |
parentOperationId | <leeg> |
traceId | bc9126aaae813fd491ee10bf870db292 |
startTime | 2024-07-29 10:16:49.690 |
endTime | 2024-07-29 10:16:49.723 |
statusCode | OK |
resource.name | Balieapp |
resource.version | 1.0.5 |
receiver | 27fdey98605etc48 |
attributeKey | dplCoreProcessingActivityId |
attributeValue | 11x2ec2a-0774-3541-9b16-21ba179fcf15 |
BSN 2 | <leeg> |
attributeKey | dplCoreDataSubjectId |
attributeValue | 342ec27-aa41-dav6-219a178f5ty6 |
operationId | aef53rfa59e240ert |
parentOperationId | b2e339a595246e01 |
Om uiteindelijk alle gegevens te kunnen rapporteren, is het van belang dat gegevens op een bepaalde manier aan elkaar gekoppeld zijn. In dit voorbeeld zijn de gegevens op de volgende manier gekoppeld:
De relatie met de doelstellingen die gesteld zijn in de standaard Logboek dataverwerkingen worden, op basis van dit voorbeeld, als volgt concreet gerealiseerd:
het wegschrijven van logs van dataverwerkingen: In dit voorbeeld is het de Baliemedewerker die via een Balieapplicatie de gegevens van een Betrokkene kan bekijken. Deze acties zijn dataverwerkingen en worden gelogd bij zowel de Balieapplicatie als bij het BRP-systeem.
het aan elkaar relateren van logs van dataverwerkingen: Er zijn in dit voorbeeld twee applicaties nodig om het totaal aan gevraagde informatie te kunnen tonen aan de betrokkene. Beide applicaties hebben een logboek voor verwerkte gegevens. Om een totaalbeeld van de gelogde gegevens te kunnen construeren, is een relatie tussen de logs nodig. In dit voorbeeld wordt de koppeling gelegd door het operationId en traceId (gemeentelogboek) te linken aan het foreignOperationId en foreignTraceId (BRP-logboek). De aanroep van de gemeente-applicatie naar het BRP betreft één opvraag op basis van één adres, één operationId en één traceId. Het resultaat is meervoudig en moeten naar dezelfde operationId en traceId leiden van de gemeente-applicatie. Het onderscheid zit in de verschillende BSN’s van de personen die via een parentOperationiD gekoppeld zijn.
het aan elkaar relateren van dataverwerkingen over de grenzen van systemen: Naast het koppelen van logs van diverse applicaties, wordt ook een koppeling gelegd met het Register van verwerkingsactiviteiten. Dit gebeurt per applicatie op basis van het ProcessingActivityId (register) te koppelen aan dplCoreProcessingActivityId (logboek). De diverse registers hebben geen directe koppeling met elkaar.
Standaard Logverwerkingen: paragraaf 3.3.1 Gedrag
Dit project biedt een overzicht van gegevensverwerkingen binnen de overheid, waaronder het Register van de verwerkingsactiviteiten (RvvA). Dit register documenteert hoe gegevens worden verwerkt, waarschijnlijk ter ondersteuning van transparantie en naleving van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG).
Je kunt de voorbeeldapplicatie van het logboek en de specifieke RvvA-sectie hier bekijken: